Dit is een voorbeeld bij kenmerkend aspect 22, Het conflict in de Nederlanden dat resulteerde in de stichting van een Nederlandse staat.
Dit voorbeeld maakt duidelijk hoe een belegeringsoorlog kon verlopen.
Leiden was één van de Hollandse steden die als gevolg van het harde optreden van Alva de kant van Oranje kozen, in navolging van Den Briel. Net als de andere steden in die tijd was Leiden omringd door grachten, muren, bastions en wallen om de vrijheid van de stad te kunnen verdedigen. Alva moest dus met een leger de stad omsingelen en bestoken met kanonnen, en de stad hermetisch afgrendelen om hem te kunnen uithongeren. In 1573 kreeg de stad inderdaad met zo'n belegering te maken. Maar de Leidenaren hadden geluk. In het zuiden naderden een leger onder aanvoering van twee broers van Willem van Oranje: Lodewijk en Hendrik van Nassau. Alva was beducht dat dit leger Holland zou bereiken en zich aansluiten bij de troepen van Willem van Oranje. Daarom trok hij weg van Leiden en verraste de opstandelingen in Limburg bij de heide van Mook.
Het stadsbestuur van Leiden maakte toen een grote fout. Ze luisterden niet naar waarschuwingen van Oranje dat de Spanjaarden konden terugkeren. Er werden uit zuinigheid geen versterkingen en voorraden aangelegd om een nieuwe belegering het hoofd te bieden, en geen nieuwe huursoldaten in dienst genomen. Spaanse verschansingen werden niet neergehaald. En inderdaad: Alva won de slag bij de Mokerheide. Lodewijk en Hendrik sneuvelden, veel Staatse soldaten kwamen om in een moerasgebied. Eén van Alva's legers maakte rechtsomkeert en daar begon het tweede beleg van Leiden: onvoorbereid!
Het vervolg laat zien wat een belegeringsoorlog in die tijd kon betekenen voor een stad en zijn bevolking. De Spaanse legeraanvoerder Valdez koos voor de uithongeringstactiek die hun troepen spaarde. Al snel ontstond in de stad een groot tekort aan voedsel. De Leidenaren aten hun huisdieren op en kookten gras. De pest brak uit. Mensen stierven als ratten. Door dit alles werd de druk op het stadsbestuur groot om de poorten te openen voor de Spaanse troepen en zich over te geven. Maar een harde kern van calvinistische leiders hield stand. Zelfs wordt verteld dat één van de burgemeesters, Pieter van der Werff, zijn lichaam aan de burgers aanbood om dat dan maar als voedsel te verdelen - alles liever dan de overgave. In de protestantse propaganda en geschiedschrijving werd Van der Werff een held die zich opofferde voor de vrijheid. Intussen kostte de belegering 6000 burgers het leven - dat is één derde van de bevolking!
Tenslotte was het aan een gedurfde operatie van de geuzen te danken, dat Leiden toch nog werd gered. Willem van Oranje, toen in Delft gevestigd, liet de dijken van de Maas bij Rotterdam doorsteken zodat het rivierwater de polders instroomde. Dit tot groot verdriet van de Hollandse boeren, die zich hier en daar tevergeefs tegen deze actie verzetten. Hun weilanden kwamen net genoeg onder water te staan om de platte boten van de geuzen toegang te geven tot de polders rondom Leiden. Nu was het wachten op een gunstige wind die het water kon opstuwen tot Leiden. De Prins onderhield met behulp van postduiven contact met de Leidenaars, die ongeduldig wachtten op de beloofde hulp. De geuzen, onderweg op hun platte boten, moesten hier en daar stevig vechten tegen de Spaanse troepen op de dijken. Toen draaide de wind naar het zuiden en wakkerde aan tot een storm. Nu bereikte het water ook Leiden. De Spaanse verschansingen kwamen door het opkomende water in het nauw en de troepen vluchtten weg over de smalle dijkjes. In de vroege morgen van 3 oktober ontdekte een weesjongen een verlaten Spaans kamp met een ketel vol hutspot en bracht het goede nieuws aan de stadsbevolking. Kort daarna arriveerden de geuzen met aan boord voorraden haring en brood. Leiden was ontzet.
Het ontzet van Leiden was strategisch belangrijk voor de Opstand: Leiden verbond de noor-delijke en de zuidelijke gebieden van de opstandige Staten. Als dank voor het geduldige ver-zet en de grote offers stichtten de Staten van Holland en Zeeland een nieuwe universiteit. Jaarlijks worden de drie-oktoberfeesten in Leiden nog steeds uitbundig gevierd met haring en wittebrood. Het Ontzet van Leiden werd een symbool van het hardnekkige verzet tegen de Spaanse troepen, maar ook van de rol van het water in de Nederlandse geschiedenis: nu eens niet als vijand maar als vriend.