In dit hoofdstuk wordt er antwoord gegeven op de vraag hoe cultuurkenmerken van de betrokken etnische en/of religieuze groeperingen een rol spelen binnen het conflict. Dit wordt gedaan aan de hand van plaats, tijd en actoren op verschillende schaalniveaus.
In Nigeria leven wel 250 verschillende etnische groepen. Deze etnische groepen zijn vaak verdeeld in stammen. In het noorden heb je de grootste etnische groep, de Hausa en Fulani. Zo’n 29 % van de Nigeriaanse bevolking is Hausa en Fulani. De Hausa en Fulani zijn samengevoegd omdat hun geschiedenis grotendeels verweven is met elkaar, zie hiervoor ook paragraaf 1.2. In het Zuiden van Nigeria leeft met name de Igbo (18%) en in het Westen de Yoruba (21%) en de Ijaw (10%). Dit zijn de belangrijkste stammen. Ook de Tiv (2,5%), Kanuri (4%) en de Ibibio (3,5%) zijn stammen van redelijke grote. Al deze stammen verschillen van cultuur en religie. De Igbo zijn voornamelijk christen en de Hausa moslim (Findlay, 2017).
Niet alleen het christendom en de islam komen voor in Nigeria maar ook traditionele Afrikaanse religies. Onder traditionele Afrikaanse religies is te verstaan dat de rol van de mens gezien wordt als een relatie tussen natuur en bovennatuurlijk krachten zoals goden etc. Het traditionele deel hiervan is dat het een inheemse religie is welke wordt doorgegeven van generatie op generatie (De Rotte, 2016). Nigeria is erg verdeeld als het gaat op religie. 50,5% van de bevolking is christen en 43,5% is moslim. Het Zuiden is voornamelijk christen en het Noorden voornamelijk moslim. Ook het christendom in Nigeria is verdeeld. 19,9% is protestants, 12,3% hangt de kerken van christus aan, 10,1% is anglicaans en 8,2% is katholiek (Wee, 2017).
Doordat er in Nigeria wel 250 verschillende etnische groepen wonen is er niet één Nigeriaanse cultuur. Elke stam heeft zijn eigen taal en cultuur. Zoals eerder beschreven zijn de grootste stammen de Hausa en Fulani, de Igbo en de Yoruba. Deze bevolkingsgroepen leven niet alleen in Nigeria maar ook in de landen eromheen zoals in Niger of Benin. De Hausa is een bevolkingsgroep uit west-afrika en bestaat uit zo’n 26 miljoen leden. Hiervan leven er zo’n 21 miljoen in Nigeria. De Hausa (Fulani) is voornamelijk moslim en leven van de landbouw en de handel. De taal die de Hausa spreekt heet ook Hausa. Een andere grote bevolkingsgroep uit Nigeria is de Igbo met 33 miljoen leden. De Igbo leven vaak van landbouw en zijn voornamelijk christen. Echter is de Igbo meestal beter geschoold dan de Hausa. Hierdoor zijn het de Igbo die in Nigeria vaak de hogere functies bekleden, zoals politieke functies. In 1967 ontstond er een burgeroorlog genaamd de Biafraanse oorlog. Deze oorlog was tussen het centrale gezag van Nigeria en de Hausa. In het centrale gezag van Nigeria zaten voornamelijk Igbo. Dit was omdat deze anders dan de Hausa geschoold waren door westerse educatie van de Engelsen tijdens de kolonisatie. Mede hierdoor en de religieuze verschillen tussen de christelijke Igbo en de Islamitische Hausa ontstond deze burgeroorlog. Dit is terug te lezen in de historische dimensie.
De Yoruba is de op twee na grootste bevolkingsgroep in Nigeria met zo’n 40 miljoen leden. De Yoruba leven vooral in het Zuidwesten van Nigeria. Ze hebben een eigen taal en eigen religie, genaamd de Yorubareligie. Dit is een traditionele Afrikaanse godsdienst met een eigen scheppingsverhaal (Everyculture, z.j.). Doordat er zo veel verschillende etnische groepen in Nigeria leven met elk hun eigen taal, is Engels de officiële taal van Nigeria geworden. Dit is een koloniale erfenis wat terug te lezen is in de historische dimensie. De Britten introduceerden de Engelse taal omdat een standaardtaal natievorming versterkt. Echter spreekt een groot gedeelte voornamelijk in het noorden Engels niet en spreken zijn alleen de taal van hun etnische groep. Dat de officiële taal Engels is geworden heeft dus te maken met het koloniale verleden (Van der Aa, 2009). Het vormen van een officiële (Engelse) taal leidt doorgaans tot centripetale krachten. Echter spreken de verschillende stammen nog steeds een eigen taal, wat tot een centrifugale kracht leidt omdat het spreken van verschillende talen niet tot eenheid leidt.
Nigeria is een erg arm land. Ongeveer 70% van de bevolking leeft onder de armoedegrens (Index mundi, 2015). In het noorden van Nigeria, waar voornamelijk moslims wonen, heerst meer armoede en werkeloosheid dan in het zuiden. In het zuiden, waar voornamelijk de christenen wonen, is meer landbouwgrond en grondstoffen aanwezig zoals olie, cacao en rubber. Dit zijn de grootste culturele exportproducten van Nigeria, met olie als hoofd-exportproduct (Nigeria agriculture, z.j.). Hier is meer over te lezen in de economisch dimensie. Tot slot is Boko Haram een islamitische terreurorganisatie die streeft naar een onafhankelijke islamitische staat in het noorden van Nigeria. De sharia (islamitische wet) is reeds doorgevoerd in het noorden, dus waar Boko Haram nu voornamelijk actief is, en er wonen de meeste moslims wonen (Vermeulen, 2014).
Kortom: De leden van Boko Haram zijn voornamelijk Hausa. De reden dat zo’n terroristische organisatie opkomt heeft verschillende sociaal- culturele factoren. Door de vele etnische groeperingen in Nigeria met allemaal hun eigen cultuur, geloof en taal. Heerst er veel verdeeldheid in het land. Voornamelijk tussen de Islamitische Hausa en de christelijke Igbo. Dit heeft te maken met het feit dat de Hausa in het Noorden woont en de Igbo in het zuiden. In het Zuiden van Nigeria is veel meer landbouwgrond en grondstoffen zoals olie aanwezig. Ook heeft de Igbo meer van de westerse educatie kunnen profiteren. Die in de tijd van de kolonisatie van de engelsen aanwezig was. Hierdoor gingen de Igbo hogere functies bekleden in bijvoorbeeld de politiek.