beginner | voldoende | goed | |
Stap 1 (kennisvragen) |
Je hebt minder dan de helft van de feiten goed en volledig opgeschreven | Je hebt meer dan de helft van de feiten goed en volledig opgeschreven | Je hebt alle feiten goed en volledig opgeschreven |
Stap 2 (denkvragen) Maximaal 20 punten |
Je hebt nog niet goed nagedacht over de vragen of je mening wordt niet duidelijk | Je hebt nagedacht over de vragen, maar je mening wordt niet helemaal duidelijk | Je hebt nagedacht over de vragen en je eigen mening duidelijk opgeschreven |
Stap 3 (ontstaan aardbevingen) Maximaal 15 punten |
Je hebt één of geen van de drie deelvragen goed beantwoord | Je hebt twee van de drie deelvragen goed beantwoord | Je hebt de volgorde goed, de beschrijvingen goed verbonden en het ontstaan van de aardbeving duidelijk omschreven |
Stap 4 (meten aardbeving) Maximaal 10 punten |
Je hebt niet omschreven hoe een aardbeving van 3,6 op de schaal van Richter er uit ziet of ongeveer uit ziet | Je hebt omschreven hoe een aardbeving van 3 of 4 op de schaal van Richter eruit ziet | Je hebt duidelijk omschreven hoe een aardbeving van 3,6 op de schaal van Richter eruit ziet |
Stap 5 (overeenkomsten en verschillen) Maximaal 20 punten |
Je hebt minder dan 3 verschilen of minder dan 3 overeenkomsten opgeschreven die kloppen | 3 van de 5 verschillen en 3 van de 5 overeenkomsten zijn opgeschreven en kloppen | Je hebt in totaal 5 verschillen en 5 overeenkomsten opgeschreven en wat je hebt opgeschreven klopt |
Stap 6 (brief) Maximaal 20 punten |
Je hebt niet alle punten ingevuld OF Wat je hebt opgeschreven klopt meestal niet OF Je hebt geen advies gegeven |
Je hebt alle punten ingevuld en wat je hebt opgeschreven klopt of klopt vaak. Je hebt een advies gegeven, dit advies zou verder kunnen worden uitgewerkt. |
Je hebt alle punten ingevuld en wat je hebt opgeschreven klopt Je hebt een duidelijk advies gegeven. Hieruit blijkt dat je goed hebt nagedacht! |