Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.
Kun je nu een meewerkend voorwerp herkennen in een zin?
Hoe ging het?
Tijd
Bij de activiteiten stond dat je ongeveer 1 uur met de opdracht bezig zou zijn.
Had je voldoende tijd om het meewerkend voorwerp en de zinsontleding te oefenen?
Inhoud
Kostte het je moeite zinnen te maken waarin een meewerkend voorwerp voorkwam?
Heb je je zinnen vergeleken met een klasgenoot?
Eindopdracht
De eindopdracht was een toets over het meewerkend voorwerp. Had je een goede score?