Op 25 mei 2015 voorspelde de Nederlander Frank Hoogerbeets dat enkele dagen later, op 28 mei 2015, er een zware aardbeving rond de Pacifische plaat zou plaatsvinden. Mogelijk aan de Amerikaanse Westkust, maar het kon evengoed bij Japan of de Filipijnen zijn. Bewoners in dat gebied moesten voorbereid zijn.
Hij verwees onder meer naar een samenstand tussen planeten en een voorspelling van Nostradamus (een Franse ‘ziener’ uit de 16e eeuw, beroemd geworden met zijn boek ‘Les Prophéties’ uit 1555. Of de tekst van Nostradamus echt als een verzameling voorspellingen kan worden gelezen of moet worden gezien als astrologische raadseltjes is al eeuwen voorwerp van discussie).
Miljoenen Amerikanen namen het zekere voor het onzekere en zorgden ervoor dat ze op die dag niet in de buurt waren.
Jullie kunnen het raden. Er gebeurde die dag helemaal niets. Wetenschappers hadden het al aangegeven: het exacte moment waarop een zware aardbeving zal plaatsvinden is niet te voorspellen.
Geofysicus en seismoloog Rob Govers licht het toe: We weten al veel over aardbevingen. We weten in welke gebieden aardbevingen te verwachten zijn. We kunnen redelijk goed voorspellen met welke kracht een aardbeving zal plaatsvinden. Maar de exacte locatie waar en het tijdstip waarop er een aardbeving zal plaatsvinden, kunnen we nog steeds niet voorspellen.
Of kan dat binnenkort misschien toch wel, zoals wiskundige Peter Sloot beweert?
Bekijk de volgende video.
We kijken naar de wetenschappelijke stand van zaken ten aanzien van aardbevingen:
We kunnen simpelweg stellen dat aardbevingen vooral voorkomen langs de randen van tektonische platen, daar waar die platen aan elkaar grenzen. Door verschuivingen van deze platen komt er langs de randen van deze platen veel energie vrij in de vorm van trillingen.
Dat betekent niet dat zware aardbevingen ergens anders onmogelijk zijn, maar ze zijn wel zeldzaam. Een zeldzaam voorbeeld is de aardbeving van 1811 in New Madrid in de Amerikaanse staat Missouri met een kracht van 7,5-7,9 op de Schaal van Richter, midden op de tektonische Noord-Amerikaanse Plaat.
De Japanse wetenschappers dachten aan het einde van de 20e eeuw zeker te weten waar de volgende aardbeving zou plaatsvinden. De echt zware aardbevingen vonden altijd plaats in de Tokai-regio in het midden van Japan. Hier vindt gemiddeld elke 150 jaar een beving met een kracht van 8.0 of meer plaats. De laatste keer dat zich een aardbeving voordeed, was in 1854. De volgende aardbeving is dus al ‘overtijd’ en als het dan ergens moest gebeuren dan was het toch wel hier. De Japanse overheid wees in 1975 Tokai aan als risicogebied. Kerncentrales mochten elders wel, maar niet daar worden gebouwd. Er gebeurde 36 jaar lang helemaal niets. De volgende zware aardbeving vond in 2011 plaats, niet in Tokai zoals voorspeld maar honderden kilometers verderop, midden in een gebied met verschillende kerncentrales.
Seismologen hebben aanwijzingen hoe zwaar een volgende aardbeving zal zijn in een bepaald aardbevingsgebied, gebaseerd op eerdere aardbevingen in dat gebied en op de tijd die sinds de laatste aardbeving is verstreken.
Dit blijkt vaak te kloppen, maar regelmatig zitten de wetenschappers er ook naast. De aardbeving van 12 januari 2010 bij Port-au-Prince in Haïti werd wel verwacht, maar de Amerikaanse geologische dienst (USGS) had deze aardbeving ingeschat met een laag risico (magnitude 4-5). In werkelijkheid was de aardbeving veel zwaarder (magnitude 7), met zo’n 230.000 doden als gevolg.