Wat ga ik doen?

Activiteiten

Aan de slag
Stap Activiteit
Stap 1 Na het lezen van de kennisbank kan je vragen beantwoorden over fictie.
Stap 2 Je kunt in een tweetal oefeningen aangeven of de voorbeelden fictie zijn of geen fictie.
Stap 3 Je kunt van verschillende media-elementen benoemen of er sprake is van fictie of non-fictie.
Stap 4 Je kunt van verschillende films aangeven of ze zijn gebaseerd op feiten of niet.
Afronding
Onderdeel Activiteit
Samenvattend Hier vind je de kennisbank en de samenvattingsoefening die horen bij deze opdracht.
Eindopdracht A Als je kiest voor eindopdracht A schrijf je een fictietekst naar keuze.
Eindopdracht B Als je kiest voor eindopdracht B schrijf je een non-fictietekst naar keuze.
Terugkijken Terugkijken op de opdracht.


Tijd
Je hebt 2 lesuren nodig.