Nu je weet wat weerstand is vertellen we je er nog iets meer over. Eigenlijk is het een stukje herhaling uit eerdere lessen...
Weerstand wordt uitgedrukt in 'Ohm'. Dat is de Griekse hoofdletter omega en schrijf je als Ω.
Je kunt ook rekenen met weerstand, spanning en stroom. Je gebruikt daarvoor de wet van Ohm. Deze ziet er als volgt uit:
R = weerstand (Ω) | U = spanning (V) | I = stroom (A)
Als je twee van de waardes hierboven weet, dan kun je de derde waarde uitrekenen.
We gaan in deze les niet rekenen met deze formule, omdat je dat al eerder hebt gedaan.