Wat is een begroting?
Nu we weten wat voor inkomsten en uitgaven er allemaal zijn, kunnen we een begroting gaan maken. Een begroting is een overzicht van al je (verwachte) inkomsten en uitgaven.

https://pixabay.com/en/euro-seem-money-finance-piggy-bank-870757/
Om een overzicht te maken van je inkomsten en uitgaven, moet je natuurlijk wel weten wat je uitgeeft en wat er binnenkomt. Hiervoor kun je kijken op je overzichten van je bankrekening. Deze krijgt je of thuisgestuurd of je kunt ze inzien via internetbankieren. Als je nog niet precies weet wat je inkomsten en uitgaven zijn, kun je ook een tijdje een kasboek bijhouden. Hierin schrijf je alles op wat je uitgeeft en wat er binnenkomt.
Om een overzicht te maken voor een maand is het belangrijk dat alle bedragen ook per maand zijn. Het kan zijn dat je je zakgeld per week krijgt of je salaris per 4 weken. Deze bedragen zul je moeten omrekenen. Belangrijk daarbij is dat je altijd eerst rekent naar een jaar.
Zorg dat je het volgende rijtje goed onthoudt.
1 jaar =
12 maanden =
4 kwartalen =
52 weken =
365 dagen
BELANGRIJK: 4 weken is GEEN maand
Voorbeeldberekening:
Wanneer je €7,50 per week zakgeld krijgt, zul je dit moeten omrekenen naar een maand. Zoals je in bovenstaande afbeelding ziet, gaat dit als volgt:
€7,50 x 52 weken = €390 per jaar
€390 / 12 = €32,50 per maand
Je kunt een begroting maken voor een maand, maar ook verder vooruit kijken, bijvoorbeeld een jaar, of om de kosten van je vakantie in beeld te brengen. Je bedenkt dan van te voren welke kosten je allemaal hebt. Niet alleen je reis, maar ook bijvoorbeeld je reisverzekering, eten en drinken en misschien wil je nog uitstapjes maken. Op basis van deze begroting kun je zien of je plannen haalbaar zijn.
Voorbeeld begroting:
We gaan een begroting maken voor Jeremy. Jeremy is 16 jaar en heeft een baantje bij de supermarkt. Hiermee verdient hij €75,00 per 4 weken. Hij krijgt ook nog zakgeld van zijn ouders, €8,25 per week. Hij krijgt ook nog kleedgeld, €45,00 per maand, maar dit mag hij alleen voor kleding gebruiken.
De komende maand verwacht hij het volgende uit te geven: telefoonabonnement €22,50, uitgaan €30,00. Hij heeft ook een scooter waar hij per week voor €6,30 mee tankt. Hij koopt ongeveer 2 x per week op school een broodje en wat te drinken. Dit kost hem €2,25 per week. Zijn kleedgeld zet hij elke maand apart op zijn spaarrekening. Als we dit in een begrotingsoverzicht zetten, ziet het er als volgt uit:
|
|
Inkomsten |
|
Uitgaven |
|
Salaris |
€ 81,25 |
Telefoon |
€ 22,50 |
|
zakgeld |
€ 35,75 |
Uitgaan |
€ 30,00 |
|
kleedgeld |
€ 45,00 |
Benzine |
€ 27,30 |
|
|
|
Eten en drinken |
€ 9,75 |
|
|
|
Reserveren kleedgeld |
€ 45,00 |
|
|
|
|
|
|
Totaal inkomsten |
€ 162,00 |
Totaal uitgaven |
€ 134,55 |
Je ziet dat Jeremy aan het einde van deze maand geld over zal houden wanneer hij zich aan zijn budgetten houdt. Hij houdt €162,00 - € 134,55 = €27,45 over. Dit geld kan hij sparen of gebruiken voor onverwachte uitgaven. Door zijn kleedgeld op zijn spaarrekening te zetten, geeft hij het niet uit aan andere dingen en heeft hij genoeg geld wanneer hij nieuwe kleding moet kopen.