Hoe gezond ben jij?

Leerdoelen:

Leerlingen kunnen voorbeelden van genotsmiddelen benoemen.

Leerlingen kunnen één verschil benoemen tussen lichamelijke en geestelijke verslavingen.

Leerlingen weten wat de grens is van overgewicht en ondergewicht.

Leerlingen kunnen twee gezondheidsproblemen benoemen.

 

De dimensie vitaal burgerschap heeft betrekking op de bereidheid en het vermogen om te reflecteren op de eigen leefstijl en zorg te dragen voor de eigen vitaliteit als burger en werknemer.

Hierbij gaat het om de zorg voor de eigen vitaliteit en fitheid. Daarbij is een belangrijke taak om de juiste afstemming te vinden tussen werken, zorgen (voor jezelf en voor anderen), leren en ontspannen.

De kenmerken van een gezonde leefwijze waaronder de nationale norm gezond bewegen en de aard, plaats en organisatie van gezondheidsbevorderende activiteiten in de samenleving en het arbeidsproces.

Om zorg te kunnen dragen voor de eigen gezondheid is het nodig dat je bewust bent van je leefstijl, gezondheidsrisico’s van leefstijl en werk in kan schatten, op basis daarvan verantwoorde keuzes kan maken en activiteiten onderneemt die bijdragen aan een gezonde leefstijl. Het gaat naast bewegen en sport ook om aspecten als voeding, roken, alcohol, drugs en seksualiteit.

 

Opdracht

Schrijf voor jezelf de antwoorden op om tot een conclussie te komen hoe gezond jij leeft.