Lees hoofdstuk 6 en 7 voor een andere uitleg met andere plaatjes. Leer alle begrippen uit de begrippenlijst.
Hoofdstuk 6
Collage
Een voorstelling die gemaakt is met stukjes materiaal, denk aan papier.
Contraposto
Bepaalde houding van het menselijk lichaam. Het is geen houding die er stijf uitziet maar juist een ontspannen houding. In de wervelkolom in je rug zit dan een lichte buiging, een S-lijn. Schouders en bekken hebben een tegengestelde richting. Het lichaamsgewicht rust op hetstandbeen. Het been waar minder gewicht op rust is het speelbeen. Het geeft een dynamische houding.
Speelbeen
Als een mens in de contraposto houding staat is dat het been waar geen/ minder gewicht op rust. Dit been kun je dus min of meer vrij bewegen.
Standbeen
Dit is het been dat juist alle gewicht van het lichaam draagt als je in de contraposto houding staat.
Dynamisch
Dynamisch is het tegenovergestelde van Statisch = rust. Dynamisch betekend bewegelijk, het geeft de indruk dat er beweging is. Dit maakt het spannender. De beeldassen staan diagonaal.
Harmonieus
Alle onderdelen zijn met elkaar in evenwicht. Het kunstwerk ziet er rustig uit.
Inspiratie
Je krijgt zin om iets te gaan maken
Klassiek
Zoals het vroeger was, het heeft een traditionel vormgeving. De ontwerper van vandaag kijken vaak naar de klassieken.
Ruimtelijk
Het neemt plaats in, je kunt er omheen lopen, Alle kanten zijn dus zichtbaar en moeten er interessant uitzien.
Bij een tekening lijkt het ruimtelijk, = ruimtesuggestie, door trucjes.
Echte ruimte, je kunt er omheen lopen Ruimtesuggestie, er lijkt ruimte in te zitten
Symmetrisch
Als een beeld in 2 helften verdeeld wordt en beide kanten zijn precies of ongeveer hetzelfde dan noem je dat symmetrisch. Door symmetrie komt er rust in je beeld. Het tegenovergestelde is asymmetrisch.
Hoofdstuk 7
Art Déco
Decoratieve/ versierende kunst. Er worden veel soorten vormen en felle kleuren gebruikt.
Asymmetrisch
Zie begrippen hoofdstuk 6 hierboven.
Barok
Stukje uit de kunstegeschiedenis, 1600 tot 1775.
-kerk en vorst en rijke burgers waren opdrachtgevers
-vrolijk en levenslustig
-glorie en bezit worden getoond
-versieringen
-goddelijke onderwerpen
-extreem realistische schilderijen
-drama, emotie
-licht-donker contrasten – clair-obscur
-compositie/ ordening is bewegelijk en onrustig door diagonale beeldassen
Compositie/ Ordening
Het ordenen van de beeldaspecten binnen de voorstelling. Waar zet je de dingen neer? Denk aan het plaatsen van mensen, vormen en kleuren. Denk aan een symmetrische of asymmetrische compositie (zie boven), een 3hoekscompositie of een dynamische compositie (veel beweging). Zie de theorie beeldaspect blok Compositie.
3hoekscompositie - alle belangrijke dingen geordend binnen een 3hoek.
Kleurcontrast
Een tegenstelling met kleuren. de volgende periode ga je 7 kleurcontrasten leren.
Ontwerpen
Een idee bedenken. Dit kan door informatie verzamelen, schetsen en bespreken. Dit kan van een gebouw, schilderij of een industrieel product zijn. Na het ontwerpen komt de definitieve uitvoering.
Schetsen
Een eerste idee op papier. Schetsen doe je met dunne, snelle lijnen. Dit kan ook ruimtelijk met bv. klei.