* Lees paragraaf 4 van het hoofdstuk monniken en ridders
* Maak de opdrachten uit het werkboek
* Kijk de opdrachten na, nadat de docent heeft goedgekeurd dat jij mag gaan nakijken
* Schrijf een stukje in jouw tijdvakkendossier
* Voeg een voorbeeld toe van een persoon, gebeurtenis of verschijnsel