Lasposities
Als je een klein werkstuk hebt kun je dit zo draaien dat je toch last in positie PA. Maar als je moet lassen aan een zware constructie of aan een schip is het niet mogelijk om dit zomaar even om te draaien. Dan moet je in positie lassen.
Officieel: Lasposities zijn posities waarin de te verbinden materialen zich bevinden tijdens de productie (tijdens het lassen).
Er zijn 2 groepen lasstanden ofwel lasposities:
Elk van die 2 groepen is weer onderverdeeld:
De mogelijke lasposities zijn in de afbeelding weergegeven.
PA = lassen onder de hand.
PA= Onder de hand
PB = staande hoeklas.
PC = horizontaal / verticaal lassen (lassen uit de zij).
PD = hoeklas boven het hoofd.
PE = lassen boven het hoofd.
PF = lassen van beneden naar boven (verticaal opgaand of “stapelen”).
PG = lassen van boven naar beneden (verticaal neergaand lassen).
PH = Opgaand stapelend lassen voor pijp-pijp of pijp-plaat verbindingen.
PJ = Neergaand lassen voor pijp-pijp of pijp-plaat verbindingen.
Voorbeeld laspositie PA
Voorbeeld laspositie PB
Voorbeeld laspositie PC
Om ervoor te zorgen dat het aangeven van lasposities in heel Europa hetzelfde gebeurt zijn hiervoor afspraken gemaakt. Deze afspraken staan omschreven in de Europese norm ISO6947.