Op de grens van het territorium treedt er vaak een conflictsituatie op tussen twee gedragssystemen: vechten of vluchten. Een dier neemt dan een dreighouding aan waarin zowel vecht- als vluchtelementen voorkomen. Dreigen is gedrag dat over het algemeen de schade beperkt.
Een stekelbaarsmannetje met een nest dat zich op de grens van zijn territorium bevindt, gedraagt zich afwisselend alsof hij wil vluchten of aanvallen. Het stekelbaarsmannetje zet zijn stekels op en maakt zich breed door zijn zijkant te tonen. Naarmate 'de vijand' dichter bij het nest komt, reageert het mannetje agressiever, hij gaat bijten. Verder van het nest neemt de agressie af. Buiten het territorium is er een neiging tot vluchten.
Een dier (of mens) in een conflictsituatie kan plotseling gedrag vertonen dat thuishoort in een ander gedragssysteem. Dit gebeurt als het dier geen keuze kan maken tussen twee typen gedragssystemen (vechten of vluchten). Het gaat dan een derde type gedrag vertonen. Je noemt dit overspronggedrag.