Informatie

Elk verhaal heeft een betekenis. Het wil je iets duidelijk maken, zoals we bij Abraham gezien hebben. Maar een verhaal kan ook verschillende lagen hebben ofwel verschillende betekenissen. Daarvoor moet je nog wat beter naar een verhaal kijken. Zo kun je ontdekken dat het verhaal je iets duidelijk wil maken over bijvoorbeeld gewoontes die men heeft, over wat goed of fout is of over de geschiedenis van een volk. Dit hebben we ontdekt bij het verhaal over Jozef.

Maar verhalen worden natuurlijk niet alleen door mensen doorverteld omdat zij zoveel mooie betekenissen hebben. Een verhaal moet je ook aanspreken, moet iets betekenen voor jou zelf of moet betekenis krijgen voor jezelf. De Joden hebben een verhaal dat zó bijzonder is dat zij het elk jaar weer door vertellen. Het verhaal geeft hen namelijk troost en moed in moeilijke tijden. Dat is het verhaal van Mozes over de uittocht uit Egypte en het feest dat daarbij hoort over de bevrijding uit de slavernij in Egypte: Pesach.

Musa, zoals Mozes in de Koran wordt genoemd, is de belangrijkste en meest genoemde profeet in de Koran. Bijna alle verhalen die in de Tenach over Mozes gaan, staan ook in de Koran. (In de Tenach gaat het hele boek Exodus over Mozes en in de Koran gaan onder andere soera 20, 28, 2, 7 en 10 over Mozes. Hieronder wordt de Bijbeltekst gebruikt.)

Met die Mozes/Musa is wat bijzonders aan de hand. Dat merk je meteen als je het verhaal begint te lezen.