Het examen zal afgenomen worden in digitale vorm (jaar 2020-2021). De student dient een filmpje te maken en deze in te leveren bij de docent die het vak geeft.
Het examen bestaat uit een rollenspel, waarin een casus wordt uigespeeld die de student zelf kiest (zie hieronder).
Deelname examen (examenportfolio)
Inleveren aftekenkaart (REG: 4 clusters en 4 BPV (?) opdrachten / VS: 4 clusters en 2 BPV opdrachten)
Voorbereiding examen; twee cassussen zijn apart uitgewerkt, omdat we een envelop gaan trekken.
Je hoeft alleen jouw verslag in te leveren waarin jij zelf de rol van DA hebt gespeeld .
Inhoud verslag: beschrijven van jouw rollenspel aan de hand van de gedragsobservaties Consortium.
Het verslag moet voldoen aan de Richtlijnen verslaglegging AG breed). Dus je hoeft niet twee cassussen in te leveren!
2020-2021: alle clusters dienen met minimaal een voldoende te zijn afgesloten
D19vab dient 2 BPV opdrachten uit te voeren in de periodes waarin het keuzedeel aangeboden wordt. D19abcdef dienen 4 BPV opdrachten uit te voeren in de periodes waarin het keuzedeel wordt aangeboden.
Rollenspel
Consortium Beroepsonderwijs / Kwalificatiedossier (KD) K0101 Specifieke doelgroepen
Crebonummer: K0101 / Cohort: 2016 / Niveau 4
Examen: Twee studenten spelen de hieronder beschreven casussen uit. In de casus speel je de rol van de hulpverlener en /of patient. Nadat middels loting de eerste casus afgrond is, is de volgende casus aan de beurt de hulpverlener neemt nu de rol van patient op zich.
Opdracht Noorderpoort DA: beide cassussen verwerk je in een verslag (richtlijnen AG). In het verslag beschrijf je 2 x de rol van de hulpverlener en 2 x de rol van de patient.
Je mag aan het examen deelnemen, indien je alle vier de clusters hebt ingeleverd. En deze met minimaal een voldoende hebt afgesloten.
Je bent geslaagd wanneer je een voldoende hebt op je rollenspel (beoordeling Consortoum) en jouw verslag daarover ingeleverd hebt. Het verslag van jouw rollenspel moet voldoen aan richtlijnen verslaglegging AG breed.
Consortium Beroepsonderwijs K0101 Specifieke doelgroepen |
Beoordelingsformulier Consortium Specifieke doelgroepen (verwerk deze vragen uit het beoordelingsformulier in jouw verslag)
Rollenspel Tijdens eigen spreekuur consulteer je een patient (en/of) betrokkenen specifieke doelgroep. Gedragsobservatie
Gedragsobservatie
|
|
Opdracht: spelen van twee casussen Uitvoering; inzet 2 studenten
De onderwerpen kun je hieronder vinden. |
Elk student mag zelf twee casussen kiezen uit de volgende onderwerpen • Casus 1: chronische aandoeningen (cardiovasculair risicomanagement) • Casus 2: jeugdigen en ouderen • Casus 3: lichamelijk en/of zintuiglijk en/of verstandelijk beperkt • Casus 4: verslaving en psychiatrie |
Casus 1: chronische aandoeningen (cardiovasculair risicomanagement) Truus Jongsma, 39 jaar, onderbuurvrouw van de huisartsenpraktijk, komt op vrijdagmiddag om kwart over vijf bij de huisarts. Ze voelt zich niet goed, al een paar dagen niet. Ze heeft een raar gevoel op de borst en is benauwd. Ze wil, met het weekend in het vooruitzicht, graag gerustgesteld worden door de huisarts. Achteraf blijkt mevrouw een infarct doorgemaakt te hebben en is inmiddels weer thuis.Mevrouw Jongsma is wat onverzorgd. Uit het dossier blijkt dat er veel sociaal-economische problemen zijn. De familiegeschiedenis wat betreft hart- en vaatziekten (HVZ) is positief. Mevrouw is bekend met hypertensie en ze rookt stevig en mevrouw heeft een overgewicht. De huisarts wil graag dat je de patiënt in kaart brengt en de patiënt voorziet van adviezen en leefstijlregels. |
Casus 2: jeugdigen en ouderen Olaf van 5 heeft erg last van wratten op zijn handen. Jij krijgt als doktersassistente de opdracht de wratten te behandelen met vloeibare stikstof. Daarbij is Olaf bekend met autisme en behoorlijk angstig voor het aanstippen van de wratten, omdat het de vorige keer erg pijnlijk was. Als doktersassistente moet je het kind op de juiste wijze aanspreken en geruststellen zodat de handeling uitgevoerd kan worden. |
Casus 3: lichamelijk en/of zintuiglijk en/of verstandelijk beperkt Op het spreekuur komt mevrouw Jongsma, ze loopt achter een rollator omdat ze door haar diabetes type 1 een onderbeenamputatie heeft gehad een paar jaar geleden. Onlangs is er een prothese aangemeten en omdat mevrouw steeds zwaarder wordt past de prothese niet meer goed, waardoor ze moeilijk kan lopen. Dit is ook de reden dat ze een rollator heeft en weinig in beweging is, hierdoor heeft ze ook obstipatieklachten. Mevrouw rookt nog steeds doet ondanks meerdere stoppogingen. Mevrouw gebruikt: insuline, metformine, hydrochloorthiazide, simvastatine en lactulose. De huisarts heeft aan de doktersassistente gevraagd om mevrouw leefstijl adviezen te geven en ook adviezen voor het stoppen met roken |
Casus 4: verslaving en psychiatrie Dhr. Brouwer, een 39 jarige man, bij de huisarts en onder druk van zijn partner. Patiënt gebruikt dagelijks 6-8 eenheden alcohol met uitschieters in de weekenden van 15 eenheden. Daarnaast gebruikt hij 2-3 keer per week 1-2 gram cocaïne (snuiven). Bij nader uitvragen blijkt patiënt sinds kort ook regelmatig (3-4) keer per week slaapmedicatie te gebruiken (niet op medisch voorschrift). Patiënt geeft aan last te hebben van spanningsklachten en een negatieve stemming. Zijn cocaïnegebruik ervaart hij als overmatig en hier wil hij graag mee stoppen. Ten aanzien van het veranderen van zijn alcoholgebruik is hij ambivalent. Drinken heeft voor patiënt een sterk sociaal aspect (in de weekenden met vrienden naar het café) maar ook heeft hij het gevoel de alcohol nodig te hebben om met zijn negatieve stemming en de spanningen thuis om te kunnen gaan. Zijn recente start met misbruik van slaapmedicatie schrijft hij toe aan de toenemende spanningen thuis en zijn slechte slapen. De huisarts vraagt aan de doktersassistente om de situatie in kaart te brengen en dhr. Op weg te helpen met leefstijlregels en adviezen. |