Als eindproduct van deze opdracht bedenk je zelf vier vragen voor een toets over het Romeinse Rijk.
De vragen die je maakt mogen open vragen zijn.
Begin zo'n vraag met woorden als: waarom...., hoe...., wanneer....
Maar je kunt ook kiezen voor gesloten vragen.
Bij zulke vragen moet je kiezen uit een antwoord dat bij de vraag staat.
Dit zijn bijvoorbeeld meerkeuzevragen.
Natuurlijk moet je zelf de antwoorden op de vragen weten.
Die antwoorden komen in een antwoordblad.
Als de eerste versie van je toets klaar is, laat je de toets maken door een klasgenoot. Jij maakt ook zijn of haar toets.
Bespreek welke vragen jullie goed en welke vragen jullie minder goed vinden.
Tevreden?
Laat de toets dan beoordelen door je docent.
Je krijgt een goede beoordeling als de toets te maken is door je klasgenoten.
De toets mag dus niet te moeilijk, maar ook niet te gemakkelijk zijn.