Deel 5: Preventieve maatregelen

Deel 5 Preventieve maatregelen

 

In deel 1 en 2 hebben we gekeken naar de algemene controle van een dier en naar veel voorkomende aandoeningen. Vandaag gaan we aan de slag met erfelijke ziektes of aandoeningen. Bij deel 3 hebben we gekeken naar erfelijke ziektes, deel 4 ging vervolgens over het opmerken van afwijkingen. Hoe stel je vast dat een dier pijn heeft?

 

Vandaag gaan we aan de slag met preventieve maatregelen, wat kun je allemaal doen om te voorkomen dat dieren ziek worden? Welke middelen zijn daarvoor geschikt?

 

Vraag 1) Welke algemene dingen kun je als eigenaar van een dier doen (in de dagelijkse verzorging) om het dier zo gezond mogelijk te houden. Bedenk minimaal 8 dingen.

 

Vraag 2) Welke middelen of producten kun je allemaal gebruiken om je dier zo gezond mogelijk te houden.

 

Vraag 3) Vroeger werden er veel makkelijker medicijnen meegegeven aan eigenaren van dieren, bijvoorbeeld antibiotica, waarom mag dat niet meer?

 

Vraag 4) Stel dat jij ontwormingsmiddel voor jouw hond of kat gaat kopen, waar moet je dan op letten bij de aanschaf van het product en bij het gebruik? Noem zeker 4 punten. De docent heeft ook wat doosjes van ontwormingsmiddel mee, vraag hier maar eens naar.

 

Vraag 5) Voor paarden kun je tegenwoordig niet zomaar een wormenmiddel halen, waarom is dat zo? En wat vind jij van deze regel?

 

Vraag 6) Waarom zijn wormen ook al weer zo vervelend voor dier en mens?

 

Vraag 7) Wat is het verschil ook al weer tussen enten en vaccineren?

 

Vraag 8) Waarom zou je dieren überhaupt laten enten? In Nederland, maar eigenlijk overal op de wereld, zijn er best veel mensen huiverig om hun dier te laten enten. Kun je een aantal bezwaren bedenken tegen enten maar ook wat voordelen voor enten?

 

Redenen waarom ik mijn dier WEL zou laten enten

 

Redenen waarom ik mijn dier NIET zou laten enten

 

 

 

 

Vraag 9) Hoe werkt een enting? Leg dit zo duidelijk mogelijk uit.

 

Vraag 10) Vaccins heb je in levende vorm en in dode vorm, wat kan een voordeel zijn van de levende vorm? En zit er ook een nadeel aan?

 

Bij passieve immuniteit dan heeft het lichaam er eigenlijk weinig voor hoeven doen, de antistoffen zijn aangeleverd. Bij actieve immuniteit heeft het lichaam wel moeten werken.

 

Vraag 11) Probeer de tabel eens in te vullen.

 

 

Passief of actief?

Geeft dit een lange bescherming?

Antistoffen binnenkrijgen via moedermelk of placenta.

 

 

Vaccineren.

 

 

 

Antistoffen opgebouwd doordat je ziek bent geweest.

 

 

 

Vraag 12) Wanneer een merrie sterft bij of vlak na de geboorte van haar veulen is iedereen in paniek en willen ze zo snel mogelijk een andere merrie vinden waar het veulen bij kan drinken. Waarom is dit zo belangrijk?

 

Vraag 13) Honden, katten, paarden en konijnen worden tegen allerlei ziektes gevaccineerd. Hieronder staan de ziektes op een rijtje. Probeer de tabel eens in te vullen.

 

 

Enkele symptomen

Dodelijk ja/nee

Zoönose ja/nee

Hondenziekte (hond)

 

 

 

 

Parvo (hond)

 

 

 

 

Ziekte van Weil/leptospirose (hond)

 

 

 

Hepatitis/leverziekte (hond)

 

 

 

 

Besmettelijke hondenhoest/parainfluenza (hond)

 

 

 

Rabies (hond)

 

 

 

 

Niesziekte (kat)

 

 

 

 

Kattenziekte (kat)

 

 

 

 

Myxomatose (konijn)

 

 

 

RHD/VHD (konijn)

 

 

 

Tetanus (paard)

 

 

 

 

Influenza (paard)

 

 

 

 

Het Bloed (schaap)

 

 

 

Q koorts (schaap/geit)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Deel 5 preventieve maatregelen.doc

Link: infectieziektes

Link: afweer en preventie