Proef: je lichaam in actie
Sta op van je stoel. Doe 10 kniebuigingen. Beantwoord de volgende vragen (je hoeft ze niet op te schrijven).
Een constant intern milieu
De resultaten van het proefje dat je net hebt gedaan zullen je niet verbazen. Iedereen weet dat er bij inspanning (bijvoorbeeld bij sporten) van alles in je lichaam gebeurt. Al die veranderingen in het lichaam zijn nodig de ‘toestand in je lichaam’ gelijk te laten blijven. Zo moet je lichaamstemperatuur gelijk blijven, maar ook bijvoorbeeld de hoeveelheid voedingsstoffen in je bloed. We noemen dat 'het interne milieu'.
Je zenuwstelsel is op verschillende manieren betrokken bij het gelijk laten blijven van je toestand in je lichaam. Je zenuwstelsel 'merkt' dat het interne milieu verandert. Dan zorgt je zenuwstelsel dat andere organen (bijvoorbeeld je hart of je longen) harder of juist minder hard gaan werken. De toestand van het interne milieu keert dan weer terug naar de oorspronkelijke toestand.
Opdracht 1
Denk eens terug aan de proef met de kniebuigingen die je net hebt gedaan. In de tabel hieronder staan drie waarden die tijdens de proef min of meer constant bleven. Welke processen zorgden voor een toename of afname in deze waarden? Kies uit:
Let op: één van deze processen moet je op drie plaatsen in de tabel invullen.
dingen die constant blijven |
neemt toe door... |
neemt af door... |
zuurstofgehalte van je bloed |
|
|
de concentratie voedingsstoffen in je bloed (bloedsuikerspiegel) |
|
|
je lichaamstemperatuur |
|
|
Functies op een rijtje
Je weet nu in grote lijnen wat het zenuwstelsel allemaal doet. Hieronder staan ze op een rijtje.
Je zenuwstelsel kan:
En je zenuwstelsel speelt ook een rol bij: