Als je een klomp goud door het midden deelt, heb je twee klompjes goud. De klompjes zijn weliswaar kleiner, maar beide klompjes hebben nog steeds dezelfde eigenschappen. Goud blijft goud. In theorie zou je door kunnen gaan tot je één gouddeeltje over hebt. Dat deeltje, dat nog steeds dezelfde eigenschappen heeft, noem je een atoom. Atomen zijn de bouwstenen van alles wat je op aarde tegenkomt.
Er zijn in het totaal ruim 100 verschillende atoomsoorten.
Atoomsoorten worden ook wel elementen genoemd.
Hiernaast zie je ook een tekening van een atoom.
In het midden van het atoom zit de kern.
De kern bestaat meestal weer uit twee soorten deeltjes protonen en neutronen.
Protonen hebben een positieve lading.
Rond de kern draaien de elektronen.
Elektronen hebben een negatieve lading.
Door het verschil in lading blijven de elektronen rond de kern draaien, maar een atoom kan elektronen ook afgeven aan een ander atoom.