Bloedplaatjes zijn geen cellen, maar delen van uiteengevallen cellen. Ze hebben geen celkern.
Bloedplaatjes spelen een rol bij de bloedstolling. Ze bevatten stoffen die ervoor zorgen dat het bloed buiten de bloedvaten stolt (zie afbeelding 9).
Soms kan het bloed binnen de bloedvaten. Er ontstaat dan een bloedprop in het bloedvat. Dit wordt trombose genoemd. Soms kan zo'n bloedpropje een bloedvat afsluiten. Op die manier kan het bloed niet verder stromen. Zo ontstaat bijvoorbeeld een herseninfarct, een hartinfarct of een longembolie.