Uitleg

Hoe werkt je lichaam?

Wanneer ons lichaam hard moet werken, bijvoorbeeld tijdens het sporten, merk je je hart erg goed. Je hart gaat dan harder kloppen en we gaan sneller ademhalen. Je hart is een voorbeeld van een orgaan. Binnenin ons lichaam zitten organen. Dit zijn delen van ons lichaam die een bepaalde taak hebben. Je organen zijn opgebouwd uit cellen. cellen zijn de kleinste bouwstenen van je lichaam. Je spieren zijn bijvoorbeeld opgebouwd uit spiercellen.

 

Hart, longen, darmen en botten zijn organen. Ze hebben elk hun eigen taak.

 

Afbeelding 1: Je romp, bestaande uit de borstholte en buikholte

Orgaanstelsels

Organen die samenwerken aan een grotere taak noemen we een orgaanstelsel.

 

Drie belangrijke voorbeelden van orgaanstelsels zijn:

Afbeelding 2: Belangrijkste orgaanstelsels

Samenwerkende orgaanstelsels.

Sommige orgaanstelsels werken samen, bijvoorbeeld wanneer je beweegt. Bijvoorbeeld wanneer je fietst. Je beenderstelsel (alle botten) en je spierstelsel zorgen er samen voor dat je benen bewegen. Die spieren hebben voedingsstoffen en zuurstof nodig om te kunnen werken. Je verteringstelsel, ademhalingsstelsel en bloedvatenstelsel zorgen hier samen voor.

In afbeelding 3 zie je hoe deze samenwerking werkt.

De voedingsstoffen leveren energie aan de spieren, zodat ze kunnen samentrekken.

Afbeelding 3: Samenwerkende orgaanstelsels