2.1 Typen zenuwcellen

Er zijn 3 typen zenuwcellen: de bewegingszenuwcel, de gevoelszenuwcel en de schakelcel.

Alle drie zien ze er net iets anders uit:

Gevoelszenuwcellen geleiden inpulsen van zintuigen naar het centrale cenuwstelsel. Het rode knopje aan het begin van een gevoelszenuwcel is de zintuigcel. Deze vangt prikkels op uit de omgeving. Deze prikkel wordt omgezet in een impuls en via de uitloper doorgegeven aan het centrale zenuwstelsel.
De uitlopers van gevoelszenuwcellen kunnen erg lang zijn. Neem bijvoorbeeld de zintuigcellen in de huid van je voetzool. De uitlopers van deze zenuwcellen moeten helemaal naar de onderzijde van je ruggenmerg lopen en kunnen dan wel een meter lang zijn.

Bewegingszenuwcellen geleiden impulsen van het centrale zenuwstelsel naar klieren of spieren. De cellichamen van bewegingszenuwcellen liggen in het centrale zenuwstelsel. Deze kunnen dus ook lange uitlopers hebben, afhankelijk van waar de spieren of klieren liggen ten op zichte van het centrale zenuwstelsel.

De schakelcellen geleiden impulsen binnen het centrale zenuwstelsel. Ze verbinden de uitlopers van gevoelszenuwcellen met de uitlopers van bewegingszenuwcellen. De schakelcellen liggen helemaal in het centrale zenuwstelsel en zijn onderling verbonden door uitlopers.

In een schematische afbeelding ziet dit er als volgt uit:

Het blauwe blok met de zwarte rand stelt het centrale zenuwstelsel voor, dus het ruggenmerg en de hersenen. Je ziet dat de schakelcellen geheel binnen het centrale zenuwstelsel vallen. Van de bewegingszenuwcellen vallen de cellichamen binnen het centrale cenuwstelsel en van de gevoelszenuwcellen zitten alleen kleine uitlopers in het centrale cenuwstelsel. De cellichamen liggen wel vlakbij het centrale zenuwstelsel.

 

- ? - Oefening typen cenuwcellen

Klik op de onderstaande link en maak de oefening over verschillende typen zenuwcellen:

http://biologiepagina.nl/Oefeningen/Zenuwen/zenuwcellenob.htm

- ? - Maak opdracht 3 in je werkboek