Introductie - Kennisbank

Als twee of meer variabelen iets met elkaar te maken hebben, is er een verband tussen die variabelen.
Een voorbeeld: Hoe harder je loopt, hoe groter de afstand die je in een uur aflegt.
Er is een verband tussen de variabelen snelheid en afstand.
In deze opdracht kijken we naar het verband tussen de lengte van ouders en de lengte van hun kind.

Denk, samen met een klasgenoot, na over de volgende vragen.

1
Hoe lang zijn jouw ouders? En hoe lang ben jij? Zou je dat verwachten als je naar de lengte van je ouders kijkt?

2
De lengtes van jou en je ouders worden variabelen genoemd. Waarom heten ze zo?

3
Welke soorten verbanden ken je? Noem er minimaal drie.

4
Soms bestaat een verband uit meer dan twee variabelen.
Bedenk een voorbeeld van een verband dat bestaat uit meer dan twee variabelen.

Kennisbank
Voor je aan de slag gaat met het beantwoorden van de vragen die horen bij deze opdracht, bestudeer je de theorie in de volgende items van de Kennisbank wiskunde.

KB: Tabel, grafiek en formule

KB: Vergelijkingen oplossen

KB: Verbanden met drie variabelen