Antwoorden Toepassingen
Toepassing: Evolutie in praktijk
Groepje 1
- Genotype.
- Temperatuur.
- Abiotisch.
- Slakken.
- Rassen, want ze kunnen zich onderling voortplanten.
- Op de open vlaktes is meer zon en wordt de temperatuur hoger. De lichtgekleurde slakken hebben daar de meeste overlevingskans.
- natuurlijke selectie
Groepje 2
- Vis
- Boter, kaas.
- Lichte huid.
- Donkere huid.
- Je kunt huidkanker krijgen.
- 3 - 5 – 1 - 7 - 4 - 2 - 6
Mensen beïnvloeden
- Wel beïnvloeden - Mensen zijn voor de bacteriën een selecterende invloed.
Daardoor veroorzaken mensen de vorming van andere bacteriesoorten: evolutie.
- Niet beïnvloeden - Het snel laten groeien van een voedselgewas is geen selecterende invloed.
Door kunstmest te strooien kunnen er geen nieuwe soorten ontstaan.
- Wel beïnvloeden - Mensen halen door geneesmiddelen een negatieve selecterende invloed weg.
Daardoor blijven andere eigenschappen bestaan dan vroeger. Dat is een onderdeel van evolutie.
- Niet beïnvloeden - De tijger kan zich niet aanpassen als hij al bijna uitgeroeid is. Er vindt dus geen nieuw soortvorming plaats.
- Wel beïnvloeden - In Australië heersten andere selectieve invloeden. Daardoor ontstond er een nieuw hondenras: evolutie.
- Wel beïnvloeden - Huisdieren verschillen veel van hun voorouders door de selecterende invloed van de mens: evolutie.
- Niet beïnvloeden - Een boom kappen heeft geen invloed op de voortplanting en aanpassing van de bomen die niet gekapt worden.