Verkleinwoorden

Wat zijn verkleinwoorden?

Van veel zelfstandige naamwoorden kun je een verkleinwoord maken. Het achtervoegsel geeft aan dat het zelfstandig naamwoord als klein moet worden gezien.

 

Hoe vind je het verkleinwoord?
Dat doe je door achter het zelfstandig naamwoord een achtervoegsel te schrijven: - je, -tje, -etje of -pje:
Je leert dit ook door met de verkleinwoordjes te oefenen.

Voorkennis

Je kunt het verkleinwoord pas herkennen en toepassen als je weet:
- wat een zelfstandig naamwoord is;
- wat achtervoegsels zijn.

 

Voorbeeld


- Bij zelfstandig naamwoorden die eindigen op -a, -é, -o of -u wordt de klinker bij het verkleinwoord verdubbeld. Je verdubbelt de klinker, omdat er anders een vreemde uitspraak staat:


- Bij woorden die eindigen op een y (met een medeklinker ervoor schrijven we een apostrof.)    -> baby     ->      baby'tje          lolly     -> lolly'tje
- Bij woorden die eindigen op een y (met een klinker ervoor schrijven we geen apostrof.)            -> cowboy ->   cowboytje       jockey  -> jockeytje

- Dit geldt ook voor afkortingen, letters of na (woorden met) een cijfer.

- Eindigt een zelfstandig naamwoord op -ing en ligt de klemtoon op de lettergreep ervoor dan vervalt de -g en wordt -kje toegevoegd.   (Let op: je schrijft nooit: ngk)

- Bij woorden waar de klemtoon op de -ing ligt, komt achter het woord -etje