af te breken
Als een woord niet meer op een regel kan, gebruik je het streepje om af te breken. Een woord mag je alleen afbreken aan het einde van een lettergreep: geluids –hinder, leeu-wen, voort-aan.
Let op dat je geen losse letters overhoudt. Dus niet: a-deren en bi-o.
weg te laten
Je zet een streepje als je een deel van een woord weglaat: in- en export, zomer- en winterkleding, bloeddrukverhogend en -verlagend.
te scheiden
Om te voorkomen dat er uitspraakproblemen ontstaan, gebruik je een streepje als scheidingsteken: bom-melding.