Handwas:
Sommige kledingstukken mag je alleen met de hand wassen. Dat zie je in het waslabel aan dit symbool :
Soms kan het ook wel makkelijk zijn om met de hand te wassen ook al mag je het wel in de wasmachine stoppen bijvoorbeeld als je morgen dat leuke t-shirt aan wilt en je wasmachine is nog niet vol. Dan kun je beter met de hand wassen als daarvoor speciaal je wasmachine te laten draaien.
Niet kleurechte of kwetsbare kleding kun je beter met de hand wassen, je kunt hier denken aan wollen truien of kleding van synthetisch stof. Deze was je met een fijn- of wolwasmiddel. Je let bij de handwas op de temperatuur van het water. Als dit te heet is kun je het kledingstuk beschadigen. Ook let je op de hoeveelheid wasmiddel. Als je teveel gebruikt kan de kleur verbleken. Los altijd eerst het wasmiddel op in het water en doe dan het te wassen stuk in het sop. Zorg ervoor dat het wasgoed onder water blijft en voortdurend in beweging. Laat het wasgoed nooit in het sop staan. Knijp in de kleding, niet wringen of wrijven. Spoel de kleding goed uit.
Na de handwas kun je het programma 'centrifugeren' gebruiken op je wasmachine. Bij was met het label 'handwas' moet je op de laagste stand (600 toeren) centrifugeren.
Handmatig vlekken verwijderen:
Oh nee, hè?! Je kunt het wel uitschreeuwen dat je zo onoplettend was, want je shirt/blouse/jas/broek zit onder de vlekken. In plaats van jezelf voor je hoofd te slaan is het beter om de vlek zo snel mogelijk te verwijderen.. Je kunt niet alle vlekken op dezelfde manier verwijderen.
Bloed: Gebruik geen kokend of heet water bij bloedvlekken. Bloed stolt dan waardoor de vlek hardnekkiger wordt. Begin en eindig dus met koud water met keukenzout, lauwe ammonia of melk. Je kunt de stof ook in koud water weken (ongeveer een uur) waarna je het kunt wassen.
Vet- en chocoladevlekken: Deze vlekken verwijder je door de stof met een warme doek met een beetje afwasmiddel of handwasmiddel te deppen.
Verfvlekken: Lees voor je de vlekken verwijderd goed het etiket van de verfpot. Er zijn twee mogelijkheden:
1. Het is verf op terpentine basis: dan reinig je de stof door een doek met wasbenzine goed de stof te deppen en het daarna goed droog te wrijven.
2. Het is verf op water basis: dan reinig je de stof door goed met een doek met water te deppen.
Kaarsvetvlekken: Deze vlekken verwijder je door: - de stof op de strijkplank te leggen
- door op en onder de vlek een laagje toiletpapier te leggen
- vervolgens strijk je op de laagste stand over het toiletpapier
- en schuif je het toiletpapier op (en onder!) steeds een stukje op, totdat de
vlek helemaal weg is.
Gras: Grasvlekken kun je eerst beter behandelen met een soort pre wash product. Of je doet een deel witte azijn op twee delen witte water om de vlek op te helderen. Neem een oude tandenborstel om het mengsel op de vlek te wrijven (en te boenen) voordat je het wast met een wasmiddel dat enzymen bevat.
Er bestaan ook allerlei wasmiddelen die je op de vlekken kunt smeren. Eén voorbeeld hiervan is 'shout'.
Dit middel doe je op de vlek en daarna wrijf je het met de punt van de fles goed in. Vervolgens moet je het direct wassen.
Drogen:
Als de wasmachine klaar is met het programma haal je de was uit de machine. Doe dat zo snel mogelijk, want was dat lang in de machine blijft zitten kreukt meer, gaat minder fris ruiken en kan zelfs gaan schimmelen. Het laten drogen van de was kan op twee manieren:
1. Ophangen op een wasrek of droogmolen. Het beste is dit buiten te doen en anders op een wasrek in een goed geventileerde kamer. Voor dat je de was ophangt, sla je deze goed uit. Probeer het zo glad en strak mogelijk op te hangen hierdoor krijg je minder kreukels en droogt de was het snelst (een overhemd kun je bijvoorbeeld het best op een kledinghanger laten drogen). Truien en delicaat wasgoed laat je alleen hangend drogen als ze niet uitrekken en hun vorm verliezen door het gewicht van het water. Anders moet je ze laten drogen op een handdoek op een vlak oppervlak.
2. Veel was kan ook in de droger. Dit is makkelijk maar kost natuurlijk wel geld. Controleer altijd je waslabel: mag het wasstuk in de droger en op welke temperatuur ?
Droger bedienen:
Op de droger zitten, net als op de wasmachine, programmaknoppen. In ons skillslokaal zitten de volgende knoppen op de droger:
Er zijn verschillende soorten drogers:
Een afvoerdroger is een wasdroger die de vochtige lucht uit de was door een buis naar buiten afvoert. Je moet bij deze drogers dus wel de mogelijkheid hebben om een afvoerbuis vanaf de droger door een raam of gat in de muur naar buiten te leiden. Afvoerdrogers zijn over het algemeen sneller en zuiniger dan condensdrogers.
Voor het kiezen van een programma kijk eerst of de was 'kreukherstellend' gedroogd moet worden (kleding) of op de 'witte / bonte was'stand. Daarna moet je bepalen hoe droog de was moet worden. Hoe droger de was, hoe langer de droger moet werken en hoe meer stroom hij gebruikt. Wil je de was direct opvouwen en in de kast opruimen, is de stand 'kast' prima. Als je de was nog wilt strijken, kan het beter nog een beetje vochtig zijn, dit strijkt gemakkelijker. Dan is 'strijkdroog' prima. Ook kun je de droger op tijd instellen. Als je de knop op 20 minuten draait bijvoorbeeld, zal de droger 20 minuten zijn werk doen. De kleding die je voorzichtig behandelt in je wasmachine behandel je ook voorzichtig in je droger (bijvoorbeeld de fijne was). Je kunt hier het programma 'wol' voor gebruiken.
Doe de droger niet te vol: de was moet voldoende ruimte hebben om te kunnen ronddraaien. Daarnaast wordt je was erg kreukelig wanneer de droger overbeladen is. Als de droger klaar is haal je de was er zo snel mogelijk uit: ook daarmee voorkom je kreukels. Na gebruik van de droger maak je de pluizenfilter schoon zoals voorgedaan wordt in onderstaand filmpje: