Met het woord ziekteverwekkers bedoelen we alle micro-organismen die ziekte bij mensen kunnen veroorzaken. Deze micro-organismen zijn vaak zo klein, dat je een microscoop nodig hebt om ze te kunnen zien. Er zijn verschillende soorten ziekteverwekkers. De meeste besmettelijke ziekten worden veroorzaakt door bacteriën of virussen.
Ziekteverwekkers kunnen op allerlei plekken zitten. Bijvoorbeeld op tafels, vloeren, deurklinken en de wc. Deze ziekteverwekkers kunnen er ook zijn als niemand in je huis ziek is. Maar als er wel iemand ziek is, is de kans hierop groter.
Als ziekteverwekkers in je lichaam komen, kun je ziek worden. De meeste ziekteverwekkers komen via de mond of je neus je lichaam binnen. Dit kan op verschillende manieren gebeuren.
Voorbeelden:
Je kunt niet helemaal voorkómen dat je ziekteverwekkers binnen krijgt. Maar je kunt dit risico wel kleiner maken. Goed schoonmaken helpt hierbij. Bij het schoonmaken haal je ziekteverwekkers weg. De kans dat je ze op je handen krijgt of inademt wordt daardoor kleiner. Zo voorkomt schoonmaken ziekte.
Hoe vaak je moet schoonmaken is persoonlijk. Sommige mensen willen iedere dag stofzuigen. Anderen vinden wekelijks schoonmaken voldoende. Daar zijn eigenlijk geen regels voor, maar wel goede tips:
Wordt een plek snel vies, maak deze dan vaker schoon. Plekken die snel vies worden zijn bijvoorbeeld de wc en de vloer. Dingen die mensen veel aanraken worden ook snel vies. Bijvoorbeeld deurklinken, lichtknoppen, trapleuningen en kranen. Het rooster in je afzuigkap of de ruimte bovenop kasten zijn voorbeelden van plekken die minder snel vies worden. Deze moet je wel af en toe schoonmaken, maar niet elke schoonmaakbeurt.