3.1 Letterlijk en figuurlijk

Je komt het veel tegen in de Nederlandse taal: letterlijk en figuurlijk taalgebruik.

Weet jij het verschil? Probeer dat voor jezelf op te schrijven. 

Verschil tussen letterlijk en figuurlijk taalgebruik

Letterlijk taalgebruik gebruik je als je ook daadwerkelijk datgene bedoelt wat je zegt. In het plaatje hierboven gaan ze letterlijk de klok verplaatsen, terwijl er eigenlijk iets anders wordt bedoeld.
Bij letterlijk taalgebruik neem je iets dus heel letterlijk. Je zegt wat je ook echt bedoelt, letter voor letter.

Met figuurlijk taalgebruik wordt daarentegen juist iets anders bedoeld dan er wordt gezegd. Het plaatje dat hierboven staat, is eigenlijk een figuurlijke uitdrukking die heel letterlijk wordt genomen. Er wordt namelijk bedoeld dat de klok een uur vooruit gezet moet worden en niet dat de klok zelf moet worden verplaatst, dat is de letterlijke betekenis.

Nog een voorbeeld van figuurlijk taalgebruik is de uitdrukking: de kat uit de boom kijken. Hier wordt er niet bedoeld dat iemand letterlijk continu naar een kat staat te kijken die in de boom zit, maar wel dat iemand een afwachtende houding heeft. Er wordt dus iets anders gezegd dan eigenlijk wordt bedoeld.

Kan jij van onderstaande plaatjes aangeven wat deze met letterlijk en figuurlijk taalgebruik te maken hebben?