In het introductiefilmpje van onderdeel E werd in grote lijnen verteld over de energiestroom in een ecosysteem. Nu volgt de uitleg stap voor stap, met meer details.
In eerdere lessen heb je geleerd dat planten aan fotosynthese doen: zij gebruiken energie uit (zon)licht om glucose te maken. Glucose noemen we een energierijke stof: er zit energie in opgeslagen. Die energie komt weer vrij bij verbranding.
Fotosynthese en verbranding zijn dus twee omgekeerde reacties.
In een schema:
fotosynthese
koolstofdioxide + water + energie --> glucose + zuurstof
verbranding
glucose + zuurstof --> koolstofdioxide + water + energie
Dieren en mensen krijgen via hun voedsel de energie binnen die door planten is vastgelegd in glucose. Glucose is een brandstof; bij verbranding van glucose wordt energie vrijgemaakt om te kunnen bewegen, warm te blijven, enzovoort.