De cel is de kleinste onderdeel van ons lichaam. We kunnen het ook zo noemen als de bouwstenen van ons lichaam.Het blijft zich delen in duizenden andere celletjes. Deze cellen bevatten je erfelijke informatie. Dit heb je meegekregen van je ouders. Je erfelijke informatie is opgeslagen in de celkern. Daarin heb je de chromosomen die je erfelijke informatie dragen ook wel DNA genoemd. DNA ligt opgerold in de chromosomen. Je DNA bepaalt al je fysieke en genetische eigenschappen.
Cel onderdelen:
In een cel werken allerlei soorten onderdelen met elkaar zodat de cel zijn functie kan uitvoeren. Deze onderdelen worden ook wel organellen genoemd.
Kern: Hier in wordt alle proccesen geregeld en bevat DNA. Je dna zitten in de chromosomen opgeslagen en het is alleen zichtbaar tijdens de celdeling.
Kernmembraan: Een dun vliesje om de kern heen.
Kernplasma: Vloeistof wat in de kern zit.
Cytoplasma: Vloeistof in de cel dus buiten de kern.
Celmembraan: Een dun vliesje om de cel heen die ervoor zorgt dat de cel bij elkaar wordt gehouden.
Vacuole: Een blaasje in de plantencel die met vocht is gevuld om te zorgen voor de stevigheid van de cel.
Celwand: Een dikke wand bij de plantencel als extra ondersteuning voor de stevigheid.
Plastiden:Korrels in het cytoplasma en er zijn drie soorten:
Bladgroenkorrels: Zorgen voor fotosynthese en ze zitten in de groene deeltjes in een plant.
Kleurstofkorrels: geven kleur aan bloemen en vruchten na het rijping.
Zetmeelkorrels: Heeft geen kleur en is opgeslagen in zetmeel.
Chromosomen zitten in de celkern opgeslagen en bevat DNA en eiwitten. Elke lichaamscel bevat 23 paar chromosomen. In totaal zijn er 46 chromosomen per lichaamscel. Gedurende je hele leven vindt er celdeling plaats in je lichaam.
Er bestaan twee soorten celdelingen: mitose & meiose
Bij mitose onstaan er 2 dochtercellen uit 1 moedercel. Dit wordt ook wel de gewone celdeling genoemd. Dit gebeurt vanwege groei en vindt continu plaats in je lichaam.
Bij meoise smelten twee geslachtcellen met elkaar en vormen een zygote. Zygote deelt zich weer zodat er een embryo onstaat. Dit wordt ook wel de reductiedeling genoemd.