1.4 Vierhoeken

* Parallellogram

Hier zie je twee keer een parallellogram.

- De zijden die tegenover elkaar liggen lopen evenwijdig. 

- De zijden die tegenover elkaar liggen zijn even lang.

- De overstaande hoeken zijn even groot.

- De parallollogram is draaisymmetrisch.

- Het snijpunt van de diagonalen is het draaipunt. De kleinste draaihoek is 360: 2 = 180 graden.

- De twee diagonalen van een parallellogram delen elkaar middendoor.

 

* Ruit

Een ruit is een bijzondere parallellogram.

 Een ruit heeft alle eigenschappen van de parallellogram, maar ook nog

- Alle zijden zijn even lang.

- De diagonalen staan loodrecht op elkaar.

- De diagonalen zijn de symmetrieassen.

 

* Vlieger

De eigenschappen van de vlieger zijn:

- Eén diagonaal is de symmetriaas van de vlieger.

- De symmetrieas deelt de andere diagonaal door de midden.

- De diagonalen staan loodrecht op elkaar. 

- De zijden zijn twee aan twee even lang.

 

* Trapezium

Een trapezium is een vierhoek met twee evenwijdige zijden. Een trapezium die twee rechte hoeken heeft is een rechthoekig trapezium.

 

Een gelijkbenige trapezium heeft:

- Er is één symmetrieas.

- Er zijn twee evenwijdige zijden.

- Er zijn twee gelijke zijden.

- Hoeken zijn twee aan twee even groot.

 

Maak opdracht 15 tot en met 25 van stencil H1.