3.2 Machten

Een macht in de wiskunde bestaat uit een grondtal en een exponent. Zie plaatje hieronder:

 

Berekening:

53 = 5 x 5 x 5 = 125

 

Nog meer voorbeelden:

34 = 3 x 3 x 3 x 3 = 81

55 = 5 x 5 x 5 x 5 x 5 = 3125

0,63 = 0,6 x 0,6 x 0,6 = 0,216

 

 

Rekenmachine

Reken op de rekenmachine 46 uit. Dit doe je als volgt:

4 [^] 6 [=]. Controleer met je rekenmachine dat er 4096 uit komt.

 

Instructievideo:

 

Opgaven

1  Reken uit zonder rekenmachine:

a  23

b 33

c  53

d  104

e  17

f   120

 

2  Bereken op de rekenmachine:

a  114

b  1,83

c  0,77

d  85

e  6,312

f  5,74