Boekverslag 2
Na enkele uitleg in het voorwoord over hoe het boek Het Achterhuis tot stand is gekomen, lees je de eerste entree en zin van Anne zelf: ze begint met schrijven in haar dagboek op haar verjaardag, want ze heeft hem toen gekregen. Anne begint met het schrijven van brieven aan Kitty, zo noemt ze haar dagboek. De eerste bladzijden gaan over het leven op school, vriendinnen en jongens. Al vrij snel, namelijk op 8 juli 1942, lees je over het begin van het onderduiken van de familie Frank. Anne beschrijft hoe de voorbereidingen worden getroffen, waar ze schuilen, wie de familie helpt en hoe hun nieuwe onderkomen wordt ingericht. Een paar dagen later voegt de familie Van Daan zich bij hen. Hierna schrijft Anne voornamelijk over de ergernissen die zij heeft wat betreft de mensen in huis: moeder en Margot begrijpen haar niet, Peter is erg lui en mevrouw Van Daan zeurt enorm over Anne’s opvoeding. In sommige passages is al te lezen hoe angstig Anne eigenlijk is, want ze moeten altijd stil zijn en de bel roept veel schrik op. In november komt mijnheer Dussel bij hen schuilen, hierdoor deelt Anne nu met hem een kamer in plaats van met Margot. Het wordt al snel duidelijk dat Anne niet met hem op kan schieten. Mijnheer Dussel houdt zich ook niet goed aan de regels die zijn opgesteld in het Achterhuis, dit leidt tot vele irritaties.
Nadat de laatste onderduiker zich bij hun groep heeft aangesloten, beschrijft Anne de vele conflicten in het Achterhuis. Niemand kan echt goed met elkaar opschieten, ook niet personen binnen één familie. Anne is hiervan vaak de dupe, blijkt uit haar dagboekbrieven, aangezien zij niets goed kan doen in de ogen van andere mensen. Alleen haar vader komt nog wel eens voor haar op. Omdat Anne niet naar buiten mag en niet bepaald goed kan opschieten met haar gezelschap in het Achterhuis, stort zij zich op haar leren. Hierbij gaat het om Engels, steno, geschiedenis en meer. Dit blijft zij gedurende haar gehele verblijf in het Achterhuis doen. Naast deze alledaagse gebeurtenissen, beschrijft Anne hoe het er met de oorlog voor staat en wat zij ervan meekrijgen als onderduikers. Dat niet alleen, er worden ook meerdere inbraken en bombardementen beschreven, met de angst die hierbij komt kijken. Anne schrijft ook regelmatig over hoe goed ze het eigenlijk hebben als onderduikers tegenover de Joden die wel zijn opgepakt en afgevoerd naar concentratiekampen.
Doordat Anne in een oorlog leeft en schuilen moet, is ze gedwongen om snel op te groeien. Halverwege het boek blijkt dan ook dat ze in de puberteit terecht is gekomen. Er is namelijk een omslag: de conflicten in het Achterhuis, zowel die van anderen als die van haarzelf, worden meer op de achtergrond en in een nieuwe licht geplaatst. Anne begint lichamelijke en psychische veranderingen te ondergaan. Zo voelt zij zich ook ineens aangetrokken tot Peter, die twee jaar ouder is dan zij. Ze zoekt veel toenaderingen en droomt over hem. Wanneer hij de genegenheid eindelijk met haar deelt, vindt zij dit erg prettig. Echter, na een tijdje ontdekt ze dat het toch niet helemaal juist is. In dezelfde periode wordt duidelijk dat Anne beter met haar zus Margot op kan schieten, ze communiceren meer, maar delen nog steeds geen diepste geheimen met elkaar. Ook de band met haar vader veranderd, want zij heeft nu het idee dat hij haar juist niet begrijpt. De band met de overige onderduikers blijft voornamelijk hetzelfde, het wordt enkel minder beschreven als voorheen. Over de helpers worden gebeurtenissen beschreven in het dagboek die Anne wat aan gaan wat betreft ziekte e.d. omwille het feit dat zij dan niet langs kunnen komen, maar er wordt niet diep op deze personen in gegaan.
Anne’s dagboek eindigt met inzichten over zichzelf, die ze overigens door de gehele twee jaar beschreef. Drie dagen na haar laatste brief, dus op 4 augustus, worden de onderduikers opgepakt en afgevoerd naar concentratiekampen. Anne en Margot overlijden twee maanden voor de bevrijding aan tyfus. Otto Frank is de enige die de oorlog overleeft.
· Motieven
Angst. Anne is erg bang voor de bombardementen. Deze angst komt daarin vaak tot uiting en ook in andere dingen. De angst om geluid te maken, de angst om niet begrepen te worden en de angst voor later. Hoe zal het later zijn als de oorlog voorbij is. Angst voor de onzekerheid en de toekomst.
· Personages
- Anne Frank. Anne Frank is in het begin van het verhaal 13 jaar oud, geboren in Duitsland en later gevlucht naar Nederland. Ze heeft een oudere zus, Margot, waar ze niet zo goed mee op kan schieten. Omdat zij en haar familie joods zijn moeten ze onderduiken, dat doen ze in het achterhuis. Door de andere medeonderduikers wordt ze als een vervelend kind beschouwd en kan dan ook niet goed met de andere overweg, alleen met haar vader heeft ze een sterke band. Anne is zeer ambitieus en heeft dan ook grote plannen voor de toekomst, zo wil ze na het onderduiken gaan werken als journaliste of schrijfster. Helaas houdt voor Anne net na 1 augustus het leven op, ze sterft aan de tyfus het concentratiekamp Bergen-Belsen.
- Otto Frank. Otto Frank is de vader van Anne, hij is zorgzaam en erg ondernemend. Na zijn vlucht uit Duitsland start hij in Amsterdam bedrijf op maar die moet hij helaas opgeven omdat hij als jood niet veilig is in Amsterdam. Tijdens het onderduiken helpt hij Anne en haar zus Margot veel met studeren zodat ze na de oorlog gewoon weer naar school kunnen zonder te ver achter te lopen. Anne noemt hem vaker Pim genoemd.
- Peter Daans. Peter Daans is de zoon van meneer en mevrouw Daans, die eigenlijk de naam Van Pels dragen. Peter is iets ouder dan Anne maar als ze behoefte hebben om met iemand te praten groeien ze langzaam naar elkaar toe. Anne en Peter hebben veel steun aan elkaar en ze helpen elkaar ook met studeren.
- Pfeffer. Pfeffer, de bijnaam van Albert van Dussel, is een veeleisende man. Hij en Anne delen een kamer en daar zijn ze beide niet zo blij mee, volgens Pfeffer doet Anne altijd alles verkeerd. Ondanks dat ze elkaar niet mogen proberen ze er het beste van te maken.
- Moeder Frank. Over de moeder van Anne is niet veel bekend. Anne kan niet goed met haar opschieten en heeft het idee, dat haar moeder Margot voortrekt. Ze heeft niet de sterke moeder-dochter gevoelens die ze wil hebben en ze houdt minder van haar moeder dan van haar vader.
- Margot Frank. Margot is de oudere zus van Anne. Anne wordt vaak vergeleken met haar zus, vooral wanneer ze iets fout doet. Margot is altijd de verstandigste in de ogen van haar ouders.
- Mevrouw Daans. Mevrouw Daans is de moeder van Peter. Anne kan absoluut niet met haar overweg. Ze vindt mevrouw ontzettend dom en aanstellerig.
- Meneer Daans is de vader van Peter. Over hem is weinig bekend, alleen dat hij rookt als een ketter. Ook met deze man kan Anne niet goed overweg.
- Overige:
Elli Vossen (Bep Voskuijl), Miep van Santen (Miep Gies), Kraler (Kugler) en Koophuis (Kleiman) zijn de mensen die de onderduikers van eten voorzien. Ze nemen ook lectuur mee en vertellen over de gebeurtenissen in de buitenwereld. In de loop van het verhaal hebben deze helpers steeds minder mogelijkheden om de mensen in het achterhuis van voedsel te voorzien. Bij de inval worden de beide heren door de Duitsers meegenomen. Zij zijn allen vlakke karakters.
· Perspectief
Het boek is geschreven in de ik-vorm. Het is het dagboek van Anne Frank dus Anne is meestal aan het woord. Een paar keer vertelt ze wat haar zus aan haar heeft geschreven, dit is ook in de ik-vorm.
· Stijl
Het boek is makkelijk leesbaar, omdat het door een kind geschreven is. Het zijn gewoon opstellen met gedachten en anekdotes erin. Geen moeilijke woorden of ellenlange zinnen die je vaak moet lezen. Apart is dat Anne niet zomaar in een dagboek schrijft, maar aan Kitty een vriendin.
· Tijd en ruimte
Het verhaal speelt zich af tijdens WO 2. Op 12 juni 1942 kreeg Anne het dagboek voor haar verjaardag en op 1 augustus 1944 werd het achterhuis ontdekt en de onderduikers gearresteerd. Het hele verhaal speelt zich af in Amsterdam. In het begin van het dagboek nog de thuis van Anna en haar school, maar vanaf de onderduiking alleen in het Achterhuis en andere delen het pand.
· Titelverklaring
Het grootste deel van het dagboek is geschreven in het Achterhuis. Anna wilde zelf misschien zelf ook ooit haar dagboek uitbrengen onder de titel Het Achterhuis.
· Thema
Het thema is natuurlijk oorlog. Het hele verhaal speelt zich af tijdens WO II, Anne Frank, haar familie, familie Daans en Pfeffer zijn ondergedoken. Het thema is ook een beetje hoop en liefde. Anne Frank bleef hopen op een goede afloop, ze zouden weer vrij kunnen rondlopen en hun studie voort kunnen zetten. Anne en Peter werden verliefd, ze hadden veel steun elkaar. Zonder hun liefde had Anne veel minder moed kunnen houden op een goede afloop. Ook de liefde van de helpers naar de onderduikers toe moest heel groot zijn anders hadden ze nooit aan genoeg voedsel kunnen komen om te overleven.
Anne Frank.
Anne krijgt haar dagboek voor haar dertiende verjaardag van haar ouders. Ze vindt het in het begin een beetje vreemd om in een dagboek te schrijven. Ze kan zich niet voorstellen dat er iemand in de ontboezemingen van een dertienjarig meisje geïnteresseerd is.
Wat Anne vooral nodig lijkt te hebben is een uitlaatklep. Het eerste wat ze schrijft is: “Ik zal hoop ik aan jou alles kunnen toevertrouwen, zoals ik het aan nog nooit iemand gekund heb, en ik hoop dat je en grote steun voor me zult zijn.”
Rond 20 mei 1944 begint Anne Frank serieus aan haar boek. In de korte periode tot de arrestatie van de onderduikers op 4 augustus 1944 herschrijft Anne Frank een groot deel van haar originele dagboek op losse vellen papier. Vaak is het eenvoudige tekstredactie, maar soms laat zij hele stukken weg. Die vindt zij te privé. Alle dagboekbrieven richt zij aan Kitty, haar denkbeeldige vriendin. Het laatste losse vel van Anne Frank draagt de datum 29 maart 1944.
Het achterhuis is een mooi boek om even stil te staan bij de heftige gebeurtenissen in de 2e wereld oorlog. Ik het dagboek krijg je een duidelijk beeld van het leven van een joodsmeisje in die tijd. Ik kon me goed inleven hoe het moet zijn geweest door middel van haar teksten. Af en toe vond ik haar manier van uitleggen niet helemaal duidelijk en sprak het mij niet echt aan. ook vind ik het een heel erg moeilijk boek om uit de lezen. Er zitten zeker mooie teksten in het boek waardoor je verder wilt lezen. Vooral als het op een gegeven moment over bijv. een jongen gaat die ook in het achterhuis woont. Bepaalde dingen heeft ze erg mooi kunnen omschrijven. Haar taalgebruik vind ik voor een meisje van haar leeftijd en in die tijd erg uniek. Een schrijfster was ze zeker.
Het begin is erg leuk om te lezen. Je komt hier erg veel te weten over Anne en haar familie. Ze beschrijft alles en iedereen in het kleinste detail, wat het af en toe wel moeilijk maakt om te lezen. In het begin krijg je dus meteen erg veel informatie tegelijk. Zowel over haar familie als over haar klasgenoten. Ook haar klasgenoten gaat ze allemaal af in uiterste detail. Voor iemand die niet zo’n goede lezer is als ik is het een erg moeilijk boek. Een pagina verder ben ik vaak al weer vergeten wat er op de vorige stond.
Op een gegeven moment, als ze in het achterhuis wonen, gaat het vooral over hoe het leven daar is en hoe Anne steeds volwassener word. Het grootste deel van het boek is het deel dat ze in het achterhuis verscholen zitten. Ik had gehoopt dat dit misschien iets spannender zou zijn. Dit vond ik echter erg langdradig.