Evenwichtsconstante

De waarde van de evenwichtsconstante wordt experimenteel bepaald door de concentraties van de verschillende stoffen in de evenwichtstoestand te meten.

Voorbeeld

De bepaling van de evenwichtsconstante van het ammoniakevenwicht:
 
 

In een vat van 1,00 liter brengen we 2,00 mol N2 en 0,60 mol H2.
De temperatuur houden we constant en het evenwicht stelt zich in.
Als de concentraties niet meer veranderen blijkt: [NH3] = 0,20 mol L-1.
 
Uit deze meting en de beginhoeveelheden kunnen we de evenwichtsconcentraties berekenen.
In het vat is 0,20 mol NH3 ontstaan; er is dus N2 en H2 verdwenen.
Deze verdwenen hoeveelheden berekenen we met de bovenstaande stoichiometrische vergelijking:
 
n(N2) = 1/2 x n(NH3) = 1/2 x 0,20 = 0,10 mol
 
n(H2) = 3/2 x n(NH3) =3/2 x 0,20 = 0,30 mol
 
De beginconcentraties, de veranderingen en de evenwichtsconcentraties kunnen we overzichtelijk in een tabel weergeven:
 
 

[N2] (mol L-1)

[H2] (mol L-1)

[NH3] (mol L-1)

begin, t = t0

2,00

0,60

0

verandering,

- 0,10

- 0,30

+ 0,20

evenwichtsconcentraties

1,90

0,30

0,20

 
Er is evenwicht, dus Qc = K: