Wanneer is cel leeg?

In een gedachte-experiment laten wij een Daniƫllcel enige tijd stroom leveren. Naarmate de cel langer stroom levert, neemt de [Zn2+] in de Zn2+/Zn halfcel toe. Als we de stroom onderbreken, dan stelt zich aan de Zn-elektrode een nieuw evenwicht in. Het elektrode-evenwicht is naar links verschoven waardoor er minder vrije elektronen op de elektrode zijn. De zinkelektrode zal minder negatief ten opzichte van de vloeistof zijn dan aan het begin van het experiment.
 


De koperelektrode is negatiever geworden, omdat de [Cu2+] is afgenomen en het elektrode-evenwicht daardoor naar rechts is verschoven; er zijn meer vrije elektronen op de elektrode.
 


Het potentiaalverschil tussen de elektroden neemt dus af. Als we de cel daarna weer een tijdje stroom laten leveren, zal na onderbreking van de stroom en instelling van de nieuwe evenwichten, het potentiaalverschil opnieuw afgenomen zijn. Bij voortzetting van de proef wordt het potentiaalverschil uiteindelijk nul, er kan geen stroom meer lopen. We zeggen: de cel is 'leeg'.