Boek 3: vals licht
Geschreven door Joost Zwagerman
Samenvatting:
Vanaf zijn vijftiende is Simon Prins geobsedeerd door alles wat met prostitutie te maken heeft. Als hij eenmaal in Amsterdam is voor zijn studie Nederlands, besluit Simon ook daadwerkelijk naar de hoeren te gaan. Al snel gaat een groot deel van zijn studiegeld op aan de prostitutie. De interesse voor de daad zelf neemt snel af. In plaats daarvan krijgt hij grote belangstelling voor de werkwijze van de prostituees. Uiteindelijk heeft hij genoeg van het hoerenlopen en beperkt hij zich tot het voyeurisme. Op een gegeven moment valt Simons blik op het hoertje Lizzie Rosenfeld. Hij weet dan nog niet hoe ze heet, maar haar bleke gezicht trekt zijn aandacht. Als hij later langs de Ruysdaelkade loopt en haar met een klant ziet, informeert hij naar haar prijs. Simon gaat naar huis om te douchen en komt later weer bij haar terug. Na afloop vraagt Simon of hij haar naar huis mag brengen. Lizzie vindt dat goed, als hij belooft dat hij verder geen bijbedoelingen heeft. Lizzie’s studentenhuis is een soort onderwaterkamer. Alle meubels zijn groen en ze houdt de gordijnen gesloten. Lizzie gaat in bad en ze hebben een gesprek met elkaar. Lizzie blijkt over twee ‘artiestennamen te beschikken: Sylvia en Janice. Als ze afscheid nemen, vraagt Simon om een zoen. Ondanks hun afspraak, voldoet Lizzie aan dit verzoek Als Simon weer bij Lizzie komt, laat ze hem binnen in het kamertje achter de peeskamer. Normaal gesproken mogen hier geen mannen komen. Simon wordt langzaam verliefd op Lizzie. Hij stelt veel vragen. Lizzie beantwoordt zijn vragen, en zijn liefde.
Lizzie vertelt dat ze sinds twee dagen aan de Ruysdaelkade werkt en dat niemand mag weten dat ze een hoertje is. Ze spreken af dat ze elkaar in de bibliotheek, bij het kopieerapparaat, hebben ontmoet. Naarmate hun relatie langer duurt, vallen er steeds meer gaten in de verhalen van Lizzie. Simon gaat steeds meer vragen stellen en gaat haar uiteindelijk ook schaduwen. Hij volgt Lizzie tot het drugscentrum, waar ze een afspraak met de psychiater Martin van Doorn heeft. Ze gaan nog wel samenwonen, maar Simon twijfelt steeds vaker of ze wel bij elkaar passen.
Ondertussen sleurt Lizzie Simon steeds verder mee in de wereld van drugs en afpersing. Als hij op straat onder bedreiging moet vertellen waar Lizzie is, vlucht hij terug naar Alkmaar. Thuis houdt hij het echter ook niet lang uit. Terug in Amsterdam gaat hij op bezoek bij Lizzie's psychiater. Deze vertelt hem dat Lizzie bang is voor zijn liefde en geeft aan dat Lizzie aan ‘pseudologica fantastica’ lijdt, een ziekelijke liegzucht. Om Lizzie te ontlopen neemt Simon thuis de telefoon niet meer op. Lizzie besluit daarop om bij hem langs te gaan. Simon confronteert haar met de woorden van de psychiater. Uiteindelijk geeft Lizzie haar leugens toe en vertelt ze de waarheid. Daarmee komt er een einde aan hun relatie. Lizzie gaat Nederlands studeren in Nijmegen en trekt bij een vriendin in. Simon blijft in Amsterdam achter.
Personages:
Lizzie Rosenfeld en Simon Prins zijn de hoofdpersonen in dit verhaal. Er zijn natuurlijk ook bijpersonen, zoals;
-Nico Weuling
-Wesley
-Josje Leenhart
-Janneke
-Jasper
-Martin van Doorn
-Roland
Lizzie is door haar jeugd een nogal onzeker meisje, die daarom de waarheid niet kan/durft te verhullen (ze vertelt leugens aan Simon,omdat zij hem niet wil verliezen). Ze had iets met Simon. Ze kan goed liegen en ze staat niet stevig in haar schoenen, want Jasper en die Belg hebben haar zo kunnen ompraten om de prostitutie en de heroïnehandel in te gaan. Ze doet spierwitte make-up op en felle kleuren op haar gezicht. Ze houdt van kleur. Ze eet niets, maar ze slikt heel veel pillen, zo'n vijfentwintig per dag. Een andere gewoonte van haar is snoepen.
Simon is een nogal saai iemand, hij doet erg zijn best om maar niet op te vallen. Hij had iets met Lizzie. Hij vindt zijn eigen mening nogal belangrijk en denkt dat hij ook wel goed is, hij is een hoerenloper. Ook Simon liegt, zijn ouders en vrienden weten niets over zijn gang naar de 'Rosse buurt'. Ze hadden eigenlijk allebei veel problemen met als hoofdzaak de rotte jeugd van beiden. Alles in z'n gezicht is nadrukkelijk aanwezig, behalve zijn oren.
Ik vind Simon en Lizzie de meest sympathieke personen, ze zijn verliefd op elkaar, ze doen niemand kwaad. De meest onsympathieke persoon vind ik de man van die groene Opel, want hij achtervolgt Lizzie steeds om haar te pakken (voor geld).
Relaties tussen personen:
Simon Prins en Lizzie Rosenfeld zijn elkaars geliefden, ze hebben een relatie. Tanja, een goede vriendin en ex-collega van Lizzie.
De man in de mosgroene Opel die eerst Eddy wordt genoemd, maar later Jaap blijkt te heten, is een schuldeiser van Lizzie.
Nico Weuling is een studiegenoot van Simon bij wie hij vaak ’s avonds komt studeren.
Janneke is de tante van Lizzie, dit is de enige persoon van de familie met wie ze nog goed contact heeft.
Jasper en Wesley Coelre zijn beide exen van Lizzie.
Josje is de nieuwe vriendin van Simon.
Tijd:
Het boek speelt zich af in de tegenwoordige tijd ( er komen dingen in voor uit onze tijd, zoals bijvoorbeeld een cd). Afgezien de flashbacks waarin Simon's jeugd in Alkmaar beschreven wordt is de vertelde tijd ongeveer een jaar. Het verhaal is dan ook chronologisch (de gebeurtenissen worden normaal beschreven), afgezien dus van die flashbacks. Er zijn vooruitwijzingen, want we in het midden van het boek kom je al te weten dat Lizzie Simon zal verlaten.
Ruimte:
Het verhaal speelt zich af in drie steden, namelijk;
Amsterdam
• de 'Pijp'
• de 'Sarphitastraat'
• de 'Ruysdaelkade'
• het 'Raeleneiland'
Nijmegen
• 'Zwanenveld'
Alkmaar
• 'Achterdam' (straat in het 'Rooie Dorp')
Het verhaal speelt zich af de studentenklasse (met weinig geld) en het hoerenleven.. Ook is er wel degelijk sprake van een zogenaamde symbolische ruimte, namelijk de welbekende 'Onderwaterkamer' van Lizzie en later ook die van Simon. Het is symbolisch omdat de gordijnen dicht zitten en er met lichteffecten gewerkt wordt, dus met ''Vals Licht'' want de werkelijkheid schijnt niet naar binnen.
Perspectief:
Er is sprake van een personaal perspectief. De gebeurtenissen worden verteld in de derde persoon vanuit één romanpersonage. Het perspectief ligt bijna het gehele verhaal bij Simon. Via Simon kom je dan ook Lizzie's gedachten te weten.
Voorbeeld van een tekstgedeelte: Simon: "Lizzie zei tegen me dat ze met me wilt, eindelijk wil ze met me").
Je leert door zo'n eenzijdig perspectief het verhaal maar van één kant kennen en is er dus steeds onzekerheid en het kan best wel eens zo zijn dat de verteller niet altijd objectief is. Er is een passage waar je beide kanten van het verhaal te weten komt, dat is wanneer Simon Wesley ondervraagt in het café, daar blijkt dat Lizzie een heel ander verhaal verteld dan dat Wesley doet.
Structuur:
Het verhaal is onderverdeeld in ongetitelde hoofdstukken. De hoofdstukken zijn echter wel genummerd. Het boek bevat 24 hoofdstukken. Er is sprake van een verhaallijn.
Het is een verhaal met een gesloten einde, want alle spanningen zijn weg, Lizzie zit veilig in Nijmegen en Simon gaat verder met Josje Leenhart.
Thema:
Het thema van dit boek is de harde wereld van de straat met als contrast het 'romantische' verhaal van Lizzie en Simon. Lizzie en Simon proberen een normale relatie te hebben, maar dat is onmogelijk door de harde wereld van de prostitutie en drugs waarin Lizzie verzeild is geraakt.
(Prostitutie doe je niet voor de lol, veel mensen vinden het een slechte baan, daarom zal je veel liegen over je werk, want anders zullen mensen je misschien niet accepteren).
De gordijnen zitten dicht en er wordt gewerkt met lichteffecten, dus met "Vals Licht", want de werkelijkheid schijnt niet naar binnen.
Motieven:
De belangrijkste motieven van Vals licht zijn:
-Angst
-Leugen/bedrog
-Het zoeken naar zekerheid