1.2 Leerdoelen
De elementaire processen van de waterkringloop benoemen
- Minimaal 3 factoren benoemen en verklaren die invloed hebben op de waterkringloop
- Basale termen van watersystemen benoemen en hanteren
- 2 veel voorkomende problemen in het waterbeheer verklaren
- uitleggen wat een waterbalans is
- de verschillende bodemzones benoemen
- 3 verschillende grondsoorten rangschikken naar waterdoorlatendheid en vochtbergend vermogen en de verschillen verklaren
- Het belang van het NAP voor het waterbeheer uitleggen d.m.v. minimaal 2 argumenten
- De functie van waterpassen uitleggen
- De belangrijkste bodemkundige termen benoemen en hanteren
- 3 factoren benoemen die effect hebben op waterinfiltratie
- Uitleggen wat capillaire opstijging inhoudt
- De elementaire grondwaterprocessen benoemen en hanteren
- Debiet- en volumeberekeningen maken waarin verschillende eenheden voorkomen
- Relatieve hoogteberekeningen uitvoeren met behulp van een referentievlak (NAP)
- Met minimaal 2 argumenten het belang van goed peilbeheer uitleggen
- Minimaal 2 kenmerken van klimaatverandering benemen en de consequenties hiervan op het waterbeheer benoemen en verklaren
- Kan minimaal 3 methoden benoemen voor het verbeteren van waterberging/-afvoer
- Maatregelen voorstellen voor een geschetst waterbeheerprobleem, gebruikmakend van zijn kennis over grondsoorten en waterbergingssystemen
- uitleggen wat een indicatorsoort is
- Benoemen welke thema's de waterwet regelt
- De belangrijkste termen benoemen en verklaren
- Uitleggen hoe de waterwet is georganiseerd (kaderwet)
- De twee waterbeheerders benoemen en uitleggen waarvoor zij bevoegd gezag zijn
- De samenhang van de waterwet met andere wetten uitleggen