In deze opdracht vergelijk je de arbeidsmigratie na de Tweede Wereldoorlog in Nederland en Duitsland. Je kijkt daarbij naar de diverse begrippen (buitenlander, gastarbeider, allochtoon) die door elkaar worden gebruikt. En hoe zou je in Duitsland de term ‘allochtoon’ vertalen?
Aan het eind van deze opdracht:
Kun je uitleggen waarom Nederland en Duitsland in de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw gastarbeiders zijn gaan werven.
Kun je verklaren waarom de gastarbeiders niet – zoals verwacht werd - meer terug naar hun land van herkomst zijn gegaan.
Kun je aangeven in welke periode en waarom gastarbeiders hun gezinnen massaal hebben laten overkomen.
Kun je de begrippen allochtoon en autochtoon omschrijven en gebruiken.
Kun je aangeven dat zowel in Duitsland als in Nederland de niet-autochtone bevolking niet in gelijke mate is verspreid is over het land en dat er met name in de grote steden meer mensen met een migratieachtergrond te vinden zijn.
Eindproduct
Als eindproduct van deze opdracht maak je een Duitsland-Nederland-Quiz.
Beoordeling
In het eindproduct laat je zien dat je de leerdoelen hebt behaald.