
Toekenning door operaties op operanden
Kijk eens naar de toekenning (ook wel assignment):
kapitaal = kapitaal + kapitaal * rente/100;
Aan de rechterkant staat een expressie waarin verschillende operaties voorkomen. Hier zijn dat: optellen, vermenigvuldigen en delen.
Operaties werken op operanden. In dit geval zijn dat de constante 100 en de variabelen kapitaal en rente
Bij de toekenning aan de variabele kapitaal wordt eerst de expressie aan de rechterkant uitgerekend. Daarbij maakt het programma gebruik van de “oude” waarde van kapitaal. Het resultaat van de berekening wordt daarna toegekend aan de variabele kapitaal. Daarmee gaat de “oude” waarde van kapitaal verloren.

De toekenning kapitaal = kapitaal + kapitaal * rente/ 100; staat in een herhalingslus:
while(termijn <= termijnen){
kapitaal = kapitaal + kapitaal * rente/100;
termijn = termijn + 1;
}
Het woord while (zolang) geeft het begin van de lus aan. Een while-opdracht heeft altijd de volgende vorm:
while(voorwaarde){opdracht of opdrachten}
De voorwaarde tussen de ronde haken is een expressie, hier:
(termijn <= termijnen)
Het resultaat daarvan moet een waarde zijn van het type boolean. Dit type kan maar twee waarden aannemen: true (waar) of false (niet waar). Een expressie van dit type wordt ook wel een logische expressie genoemd. Als het resultaat van de voorwaarde true is, dan worden de opdrachten tussen de accolades uitgevoerd en wordt de lus nogmaals verwerkt. Als het resultaat false is, dan worden de opdrachten tussen de accolades overgeslagen en wordt de lus beëindigd.
In het RenteApplet geldt dat het ofwel waar is dat termijn kleiner is dan of gelijk aan termijnen ofwel dat het niet waar is. Als het waar is, dan wordt het kapitaal met de rente verhoogd. Als het niet waar is, dan wordt de lus beëindigd.