Stap 6

Bezuinigen
Anne is student. Zij heeft € 800,- aan inkomsten per maand.
In de tabel zie je de uitgaven van Anne in de maand september.

  Dagelijkse uitgaven   Vaste lasten   Incidentele uitgaven  
Boodschappen € 180,-    
Huur   € 300,-  
Gas, water en licht     € 40,-  
Verzekeringen   € 24,-  
Studieboeken     € 200,-
Kleding     € 140,-
Telefoon   € 45,-  


Beantwoord de volgende vragen. Bespreek de antwoorden met een klasgenoot.

  1. Komt Anne in september uit met haar inkomsten?
  2. Hoe kun je in een maand meer uitgeven dan je inkomen toelaat?
    Geef twee mogelijkheden.
  3. Wat denk je, zijn de uitgaven van Anne iedere maand even hoog? Leg uit.
  4. Op welke uitgaven kan Anne het gemakkelijkst bezuinigen?