2.1 Genotype en Fenotype

De eigenschappen die je als mens bezit worden bepaald door je erfelijk materiaal. Deze erfelijke eigenschappen liggen op je chromosomen, waarop de genen liggen. De complete informatie voor al je erfelijke eigenschappen noem je het genotype.

De zichtbare eigenschappen (het uiterlijk) van een organisme noemen we het fenotype. Sommige eigenschappen zijn niet direct zichtbaar, zoals bijvoorbeeld het hebben van diabetes (suikerziekte). Dat iemand deze ziekte heeft, hoort wel bij het fenotype van een mens.

Een voorbeeld om het duidelijk te maken

De kleur van je huid ligt vast in je genen. Dat je een bruine of blanke huidskleur hebt ligt dus bij je geboorte al vast. Je kunt echter de kleur van je huid beinvloeden door veel of weinig in de zon te gaan zitten.
Zonlicht is een invloed uit het milieu waarin je zit. Als een blank persoon een lekker bruin kleurtje heeft van de zon, is dat dus fenotypisch. Dat deze persoon oorspronkelijk een blanke huid heeft is genotypisch.

Hetzelfde geldt voor iemand die zijn haren een andere kleur verft. Als iemand van zichzelf blond is, ligt dat vast in zijn genen. Dit is dus weer genotype. Als deze persoon zijn haar blauw verft, komt dat door het milieu. Dit is dan dus fenotype.

 

- ? - Opdracht 2: Genotype en Fenotype

Maak nu opdracht 2 uit het werkboek