Soorten op eilanden stammen meestal af van soorten op het vasteland.
Ze vestigen zich en evolueren apart van de oorspronkelijke soort verder. In de loop van de tijd zal de immigratie op het eiland afnemen: het aantal soorten op het vasteland is beperkt, dus het “aanbod” van migranten neemt af. Bovendien raken de beschikbare niches bezet. Niet alle soorten overleven. Er zullen ook op het eiland soorten uitsterven. Op een bepaald moment is er en evenwicht tussen immigratie en uitsterven en blijft het aantal soorten ongeveer constant.
Op een groter eiland is de immigratie groter dan op een kleiner eiland. De kans dat het eiland ontdekt wordt is groter en er sterven minder soorten uit doordat er meer ruimte is. De biodiversiteit van een groter eiland is daardoor groter dan van een klein eiland. Ook de afstand tot het vasteland is van belang: hoe groter de afstand, hoe lager de immigratie.