Zoek een vergelijkbaar artikel (in kranten, tijdschriften of internet) en vergelijk dit artikel met je tekst. Schrijf je vergelijking op: wat zijn overeenkomsten en verschillen?
Vergelijk de belangrijkste persoon uit je tekst met jezelf. Hoe zou jij het aanpakken? Wat zijn de belangrijkste verschillen?
Omschrijf de hoofdpersoon of de situatie in jouw tekst. Gebruik hierbij beoordelingswoorden.
Leesopdracht
Lees de tekst. Benoem de eigenschappen van de personen.
Doe-opdracht
Zoek een songtekst die bij de tekst past leg uit waarom jij vindt dat deze erbij past.
Interview een deskundige met betrekking tot het onderwerp van de tekst. Je mag om deze deskundige te vinden internet gebruiken.