Tijdens de replicatie ontstaan fouten.
Ongeveer 1 op de 105 nucleotiden wordt verkeerd ingebouwd.
Er zijn twee herstelmechanismen:
De polymerases kunnen als het ware achterom kijken en een foutief nucleotide uitknippen en vervangen.
(Ze drukken als het ware de deletetoets in).
Verder beschikt de cel over speciale enzymen die foutjes uit het DNA kunnen knippen. Andere enzymen plakken daarna het juiste nucleotide in het gat. Deze herstelmechanismen repareren ook foutjes die ontstaan door andere factoren zoals straling of chemische stoffen.