![]() |
![]() |
Gebeurtenissen hebben een oorzaak.
Ze zijn het gevolg van iets wat daarvoor is begonnen.
Bijvoorbeeld: de dagen worden langer, een klein orgaantje in een vogelkop wordt langer belicht, het activeert een hormonale klier, er wordt een hormoon gevormd en de vogels gaan zingen.
Een organisme gaat efficiënt om met alles wat het produceert. Als een cel van een bepaalde stof voldoende maakt, voor dat moment, dan is het belangrijk dat de cel aan dat product verder geen energie besteedt.
Bij negatieve terugkoppeling remt een stof zijn eigen aanmaak totdat er te weinig van de stof over is om de aanmaak te blijven remmen.
In sommige gevallen beïnvloedt het eindresultaat het begin positief. Er wordt steeds meer van een bepaalde stof gemaakt. Door positieve terugkoppeling kan het lichaam heel snel meer van een hormoon maken doordat het hormoon de hormoonvormende cellen stimuleert.