Herhaling: onderwerp van de zin bepalen
Bij deze oefening gaan we even kort herhalen wat ook alweer het onderwerp van de zin is.
Deze kennis heb je nodig om straks goed de regels van tegenwoordige tijd toe te passen.
Theorie:
Bijvoorbeeld:
Tijdens de spit reist de docent met de trein.
pv: reist
wie of wat reist?
ow: de docent