Oog algemeen

Een pasgeboren baby kijkt scheel. Na enige tijd leert een baby beide ogen te richten en worden de oogspieren op elkaar afgestemd. Het scheelzien verdwijnt dan vanzelf.

Soms blijft één oog wat stuurloos. Je noemt dit een ‘lui’ oog. Het kind moet dan een brilletje met een donker glas voor het goede oog dragen of het krijgt een pleister over het goede oog. Het luie oog wordt dan gedwongen om zijn spieren te gebruiken. Gecoördineerde bewegingen van de ogen komen door oefening tot stand.