Adaptieve eigenschappen

Eigenschappen die gunstig zijn om te overleven en nakomelingen te krijgen worden vaker doorgegeven aan volgende generaties dan minder gunstige.
Zo´n eigenschap heet een adaptieve eigenschap.

Vluchtgedrag kun je zien als een adaptieve eigenschap. Vluchtgedrag verhoogt de kans op overleving en dus op reproductie en is in dat opzicht adaptief. Hetzelfde geldt voor vechtgedrag, eetgedrag en voortplantingsgedrag.

Natuurlijke selectie leidt alleen tot het evolueren van gedrag als dit gedrag genetisch bepaald is.
De genetische overerving van gedrag is een complexe zaak, omdat de hersenstructuren die ons gedrag aansturen worden gecodeerd door vele duizenden genen.

Naast natuurlijke selectie komt er ook seksuele selectie voor. Als vrouwtjes steeds de ‘mooiste’ en ‘sterkste’ mannetjes uitkiezen, zullen de mannetjes in de loop van de tijd ook steeds ‘mooier’ uitgedost zijn, bv zoals de pauw, of steeds sterker worden. Een mannetje dat fraai is uitgedost heeft echter ook het nadeel dat hij beter opvalt bij vijanden.