Bijen, wespen en mieren zijn sociaal levende insecten. Hun voortbestaan hangt af
van de samenwerking binnen de groep. Binnen de groep is er een taakverdeling.
Een bijenvolk bestaat uit drie typen bijen: een koningin, werksters en darren.
De koningin zorgt voor het nageslacht. Darren zijn mannelijke bijen, zij paren met
de koningin en zijn daarna niet meer nodig. Werksters zijn onvruchtbare, vrouwelijke bijen, die al het andere werk doen. De darren hoeven geen voedsel te halen, ze worden door de werksters gevoed.
Bij wegmieren legt de koningin haar eieren in een ondergronds nest.
Werksters hebben een taakverdeling: sommige verzorgen de eieren, anderen verdedigen het nest en weer anderen verzamelen voedsel. De koningin
communiceert met de werksters via geurstoffen (feromonen).