Een houtvat ofwel xyleemvat bestaat uit aaneengeschakelde celwanden, waarvan de bijbehorende cellen zijn doodgegaan. Er vindt watertransport plaats doordat in houtvat de hele waterkolom in beweging komt.
Water en opgeloste mineralen stromen vanuit de wortel door houtvaten in de stengel naar de hoofdnerven van de bladeren en komen uiteindelijk bij de bladcellen terecht. Daar kan het water opgenomen worden door de bladcellen of verdampen via de huidmondjes. Als er meer water wordt aangevoerd dan er door de bladcellen wordt opgenomen of kan worden verdampt, verschijnen er waterdruppels aan de bladranden. Dat verschijnsel heet druppelen.